Geschiedenis van de NIR-BRT, de evolutie van de kunstprogrammering (1953-1974). (Saartje Vanslembrouck)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

5. De evolutie sinds 1974

 

5.1 Herstructurering en destructurering

 

In 1974-1975 wordt een grondige herstructurering doorgevoerd. Belangrijk is dat na deze reorganisatie de dienst kunstzaken is ontstaan. De dienst artistieke en educatieve uitzendingen was te heterogeen geworden en moeilijk te leiden. Binnen de dienst liep de coördinatie tussen de verschillende programmamakers niet echt gesmeerd. Het ontbreken van een duidelijke toewijzing van verantwoordelijkheden werkte een bewust beleid in de sector zeker niet in de hand.[154] Mede op verzoek van productieleider Jerome Verhaeghe komt er een herverdeling van de diensten.[155] De nieuwe indeling ziet er dan als volgt uit:[156]

 

- directeur-generaal: Paul Van Den Bussche

- directeur tv: Nic Bal

 

a. directie cultuur: Jan Van der Straeten

 

- dienst kunstzaken

- dienst jeugd

- dienst vrije tijd

- dienst wetenschappen

 

b. directie ontspanning: Paul Van Dessel

 

- dienst ‘eigen ontspanning’

- dienst woord en spel

- dienst drama

- dienst muziek

 

c. directie programmering en dienstverlening: Jozef Coolsaet

 

- dienst programma-aankoop

- dienst programmering

- dienst productiefaciliteiten

- dienst programmabewerking

 

d. bestuursdirectie informatie: Karel Hemmerechts

 

e. bestuursdirectie instructieve omroep: M. Coole

 

Deze herstructurering is duidelijk een uitbouwen en verstevigen van de vorige structuur. Voor elk soort programma komt er een eigen afgelijnd territorium.

In 1975 wordt voor elke dienst de eigen opdracht en de aanpak voor de uitvoering op papier gezet.[157] De opdracht van de dienst kunstzaken wordt als volgt beschreven:

 

De dienst kunstzaken heeft als eigen opdracht de ‘kunstuitingen’ via de televisie aan het publiek voor te stellen. Het gebied waarover deze opdracht zich uitstrekt is zeer ruim en omvat verschillende disciplines: beeldende kunsten, architectuur, toneel, opera, ballet, muziek, letterkunde, poëzie en film.

 

De opdracht van de dienst kunstzaken moet als ‘cultuurspreidend’ gekarakteriseerd worden. De uitvoering van de opdracht vraagt een dubbele aanpak. Enerzijds is er het informatieve aspect: de kijkers zo duidelijk mogelijk informeren over waardevolle gebeurtenissen en initiatieven die zich ontwikkelen. Anderzijds moet de aanpak ook stimulerend werken, dit wil zeggen dat bepaalde onderwerpen ruimer uitgewerkt moeten worden in verschillende programma’s zodat de kijker tot mentaal participeren wordt aangezet.[158] Het is duidelijk dat men probeert te werk te gaan volgens een bepaalde structuur.

 

De bovengenoemde indeling blijft lange tijd behouden. In 1989 wordt een kleine wijziging doorgevoerd in de directie ontspanning, maar aan de directie cultuur wordt niet geraakt.

Geleidelijk aan worden enkele afbakeningen tussen diensten weggehaald. Op die manier worden in 1991 de diensten muziek en kunstzaken samengevoegd. Een grondige herstructurering of misschien beter destructurering komt er in 1992. Er wordt namelijk een departement cultuur opgericht, waarin alle wetenschappelijke programma’s en programma’s rond kunst worden gegroepeerd. Het departement cultuur staat naast de departementen amusement, jeugd en vrije tijd, fictie en sport. Er is een duidelijke evolutie merkbaar naar het doorbreken van afbakeningen tussen programma’s en diensten.[159] Dit brengt een aantal praktische gevolgen met zich mee.

Er is ook een mentaliteitsverandering. Terwijl men vroeger vooral specialisatie op prijs stelde, gaat men er nu van uit dat iedereen alles moet kunnen. Dit brengt volgens de programma-makers onvermijdelijk een vervlakking en een gebrek aan diepgang mee.

In 1996 wordt het departement cultuur omgevormd in een aantal productiekernen waarbij de kern kunst voortaan het cultuuraanbod moet verzekeren.

 

De evolutie kan als volgt heel kort geschetst worden. Bij de start van de openbare omroep is er veel mogelijk, er is veel ruimte voor de persoonlijke inbreng van de programma-makers. Van daaruit evolueert men naar een statisch instituut, waar alles mooi opgedeeld wordt in vakjes. Sinds de jaren 1990 is er een omgekeerde evolutie ingezet, men probeert de onderverdelingen te doorbreken en naar een soepeler beleid toe te werken.

 

 

5.2 Kunst op tv vandaag

 

Met de komst van de commerciële zender VTM in 1989 krijgt de publieke omroep voor het eerst te maken met Vlaamse concurrentie. Een gevolg hiervan is dat de VRT zich begint te richten op de behoeften van de consument. Zo moeten de kunstprogramma’s een minimum wekelijks bereik van 15% halen opdat ze op de buis kunnen blijven verschijnen.

De VRT-leiding is in 1997 zeer duidelijk omtrent het te volgen cultuurbeleid: evenveel kunst en cultuur, maar wel voor een veel ruimer publiek. De kernpunten in het huidige overheidsbeleid ten aanzien van de openbare omroep zijn:[160]

 

a. Kunst en cultuur mogen in zo’n belangrijk communicatiekanaal als het medium televisie zeker niet ontbreken.

b. Het heeft geen zin cultuurprogramma’s te maken waar bijna niemand naar kijkt, omdat het de taak van de openbare omroep is om zoveel mogelijk inwoners van Vlaanderen te bereiken.

 

Het is duidelijk dat het specifieke kunst- en cultuuraanbod van de openbare omroep de laatste jaren verschoven is van het eerste naar het tweede net. Op TV1 komen bijna continu kleine cultuuritems aan bod, verspreid over verschillende actualiteitsprogramma’s (journaals, magazines en zelfs talkshows) bedoeld voor het grote publiek. Canvas daarentegen richt zich eerder tot de meerwaardezoekers en actieve ontdekkers. Deze kijkers stellen grotere eisen op cultureel vlak en zijn meer bereid tot een inspanning tijdens het televisiekijken.[161]

We stellen eveneens vast dat het cultuuraanbod geleidelijk verplaatst is van ‘prime time’ naar ‘periferie’. Kunst en cultuur wordt vandaag in het laatavondprogramma opgenomen.

 

De specifieke kunst- en cultuurprogramma’s op Canvas anno 2002 zijn de volgende:

 

- LINK: cultureel actualiteitsmagazine – agenda

- Trommels en trompetten: culturele talkshow

- Spraakmakers: cultureel praatprogramma

- Plankenkoorts: programma waarin muziek in al zijn vormen centraal staat

- Rubriek 700: culturele documentaires met vooral portretten van kunstenaars

 

Verder mag men het grote filmaanbod op Canvas niet vergeten. Vandaag kan het medium film zeker als een belangrijke vorm van kunst op televisie beschouwd worden.
 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

[154] Brief van Ludo Bekkers aan Jerome Verhaeghe, 23.01.1974, persoonlijk archief van Jerome Verhaeghe

[155] Interview met Jerome Verhaeghe, 10 april 2002

[156] VANDERSCHUEREN (Klara), De evolutie van kunstmagazines op de openbare Vlaamse omroep,Leuven, KUL (OLV), 1994, 98p.

[157] Jaarverslag BRT 1975

[158] Ibid.

[159] VANDERSCHUEREN (Klara), De evolutie van kunstmagazines op de openbare Vlaamse omroep,Leuven, KUL (OLV), 1994, 98p.

[160] -COBBAERT (Vanessa), Televisie en cultuur: vreemde bedgenoten?!, in: Mediagids, 1998, 2, pp.5-13.

[161] Interview Regine Clauwaert, 29 april 2002