Wat doen de Amerikanen eigenlijk in Vietnam? Discoursanalytische benadering van de Actueel-berichtgeving over het Vietnamconflict 1966 – 1975. (Pieter Verstraete)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

Bijlagen

 

Bijlage I

Zuidoost-Azië en de Vietnamoorlog

 

 

Bron: NORTON (M.B.), KATZMAN (D.M.), BLIGHT (D.W.), e.a., A People and A Nation. A History of the United States, Boston en New York, Houghton Mifflin Company, 2001, p. 892

 

Bijlage II

Overzicht van de onderzochte Actueel-items

 

Vooraf enkele opmerkingen omtrent de bewaring van de Actueel-uitzendingen in het documentenarchief van de VRT. Hoewel het programma opgestart werd op 6 september 1965, zijn de uitzendingen pas vanaf januari 1966 bewaard gebleven. De gesproken uitzendingen werden (en worden nog steeds) getranscribeerd en opgeslagen op microfilm. De kwaliteit van deze microfilmen is over het algemeen redelijk goed. Voor de maanden november en december 1971 bleken om een onbekende reden geen stukjes bewaard.

 

Datum

Onderwerp

Journalist(en)

 

 

 

05/01/66

Vietnam besproken in VN

P. Schroeder

07/01/66

Nieuwe initiatieven voor Vietnam + reacties in Washington

M. Bolle

19/01/66

Caritas Internationaal - hulp aan Vietnam;

interview met Mgr. Lauwe

J. Ceuleers

31/01/66

Hervatting bombardementen Noord-Vietnam

M. Bolle

01/02/66

Veiligheidsraad over Vietnam

P. Schroeder

09/02/66

Vietnamconferentie in Honolulu

M. Bolle

 

Interview met Francis Mannheim

R. Onckelinx

11/02/66

Zending Humphrey in Azië

M. Bolle

18/02/66

Vietnampolitiek in senaatscommissie Buitenlandse Zaken VS

M. Bolle

04/04/66

Interview dhr. Van Brandt uit Vietnam

C. Goossens

06/04/66

Persconferentie van secretaris-generaal U Thant van VN

P. Schroeder

15/04/66

Houding ten opzichte van Vietnam

M. Bolle

18/04/66

Situatieschets Vietnam (+ stemmen militaire & boeddhistische leiders)

L. Van Bruggen

29/06/66

Britse reactie op Amerikaanse bombardementen

R. Simons

 

Verklaring van MacNamara over de bombardementen

M. Bolle

09/09/66

Verkiezingen in Vietnam

C. Goossens

24/09/66

Gromyko – Goldberg in de VN-vergadering

P. Schroeder

29/09/66

Pauselijke zending naar Vietnam

 

08/10/66

Belgische minister van Buitenlandse Zaken Harmel in VN

P. Schroeder

17/10/66

Johnson aanvaardt uitnodiging tot Manillaconferentie

 

25/10/66

Manillaconferentie

J. Robbrecht

26/10/66

Einde Manillaconferentie + reactie in VS

M. Bolle

03/11/66

Johnson terug van rondreis in Zuidoost-Azië

M. Bolle

04/11/66

Persconferentie Johnson

 

08/11/66

Goldberg op vredesmissie

P. Schroeder

23/12/66

Vietnam

M. Bolle

30/12/66

Luchtaanvallen + reacties

M. Bolle

 

 

 

 

 

 

03/01/67

Toekomst in 1967?

 

12/01/67

State of the Union van Lyndon B. Johnson

M. Bolle

27/01/67

Johnson over economische toestand VS

 

03/02/67

Reportage over Johnsons kabinet

M. Bolle

04/02/67

Reportage over Vietcong

U. De Becker

13/02/67

Besprekingen Kossygin - Wilson in Groot-Brittannië

R. Simons

 

+ reactie in Washington

M. Bolle

14/02/67

Verontwaardigd Brits Lagerhuis

R. Simons

27/02/67

Vietnamese wezen landen in Zaventem

J. Robbrecht

 

Politieke situatie

M. Bolle

04/03/67

Betoging te Brussel

 

 

Interview met A. Desmedt, nationaal secretaris van Belgische Unie voor verdediging van de vrede

 

22/03/67

Amerikaanse reacties op openbaarmaking van briefwisseling met Hanoi door Noord-Vietnam

M. Bolle

28/04/67

Generaal Westmoreland over stand van zaken

M. Bolle

12/05/67

Incident VS – USSR + reactie van U Thant

M. Bolle

26/05/67

Gevechten + relatie met akkoord van Genève (1954)

U. De Becker

03/06/67

Colloquium in Brussel over Zuidoost-Azië

 

26/06/67

VS - USSR overleggen te Glasborough

 

04/09/67

Verkiezingen Zuid-Vietnam

C. Goossens

18/09/67

Gesprek met prof. Ellegiers, directeur van centrum voor Zuidoost-Azië en Verre Oosten aan de VUB

 

06/10/67

Kritiek op Vietnampolitiek vanuit verschillende hoek

M. Bolle

13/10/67

Dean Rusk reageert scherp op de kritiek

M. Bolle

17/11/67

Johnson over Vietnampolitiek

M. Bolle

22/11/67

De politiek van Johnson sinds moord op Kennedy

M. Bolle

28/11/67

Aankondiging van aftreden McNamara, Minister van Defensie

M. Bolle

01/12/67

Aftreden McNamara

M. Bolle

08/12/67

Vakverbondcongres, o.a. over Vietnampolitiek

M. Bolle

15/12/67

Johnson over vakverbondcongres

M. Bolle

22/12/67

Gesprekken Vietcong – Zuid-Vietnam mogelijk?

M. Bolle

28/12/67

Eventuele bemiddeling van Vaticaan?

I. Galema

30/12/67

1967 in Amerika

M. Bolle

 

 

 

 

 

 

04/01/68

Relatie VS – Vaticaan

I. Galema

08/01/68

Overzicht van jongste vredesinitiatieven van Hanoi

P. Van Roe

18/01/68

State of the Union van Johnson

M. Bolle

22/01/68

Wilson naar USSR: reactie in Londen

R. Simons

 

 reactie in Moskou

K. Van het Reve

31/01/68

Offensief van Vietcong

P. Van Roe

 

Reacties in Washington

M. Bolle

02/02/68

Reacties in Washington op nieuw offensief

M. Bolle

08/02/68

Wilson naar Washington

R. Simons

 

Crisis Noord-Korea in kader van Vietnam

 

12/02/68

Gevolgen van offensief

J. Coeck

14/02/68

Vietnamgesprekken van U Thant

J. Drummen

19/02/68

Offensief van Vietcong

J. Coeck

22/02/68

Arrestatie van 4 opposanten tegen het regime in Zuid-Vietnam

H. Verheyden

23/02/68

Discussie in VS over Tonkin-incident 4 jaar eerder

M. Bolle

 

Rode Kruis-actie in Vietnam

M. Dekeyser

01/03/68

Wat wordt het in Vietnam

M. Bolle

11/03/68

Protest in Nederland tegen Vietnamoorlog

K. Middelhof

20/03/68

Reportagereis in Vietnam

J. Drummen

25/03/68

Reportagereis in Vietnam

J. Drummen

03/04/68

Reactie in Washington op bericht dat Noord-Vietnam wil onderhandelen

M. Bolle

04/04/68

Vrede in Vietnam?

C. Goossens

06/04/68

Interview Pan Huy Ky, vertegenwoordiger Zuid-Vietnam in Brussel

C. Goossens

11/04/68

Extra mobilisaties van VS-troepen

M. Bolle

12/04/68

Problemen i.v.m. plaats van gesprekken

M. Bolle

03/05/68

Overlopen van de maand april: aankondiging van onderhandelingen Parijs

D. Tieleman J. Drummen

06/05/68

Tot onderhandelen bereid, maar tegelijk gevechten

P. Van Roe

09/05/68

Onderhandelaars komen aan te Parijs

P. Van Roe

10/05/68

Gesprek tussen Van Roe en Drummen n.a.v. start onderhandelingen in Parijs

 

 

Reportage over plaats van onderhandelen en de onderhandelaars

P. Van Roe M. Bolle

12/06/68

Problemen bij de onderhandelingen te Parijs

P. Van Roe

27/06/68

Ontruiming basis Khe Sanh

M. Dekeyser

05/09/68

Nixon, republikeins presidentskandidaat, over de Amerikaanse buitenlandse politiek

P. Van Roe

17/10/68

Bomstop in Vietnam of niet?

P. Van Roe

19/10/68

Geruchten over bomstop kunnen niet worden bevestigd

K.-J. Hendrickx

 

Situatie in Parijs

J. Drummen

25/10/68

Johnson: ‘geen bomstop’

 

 

Hoopvolle onderhandelingen

J. Drummen

 

Gesprek met Noord-Vietnamese delegatie

P. Van Roe

30/10/68

Presidentsverkiezingen: voorbeschouwingen

J. Ceuleers

 

 

 

01/11/68

Extra editie Actueel naar aanleiding van bomstop

 

 

- Verdere evolutie besprekingen?

J. Drummen

 

- Belang voor wereldpolitiek en rol VS hierin

P. Van Roe

 

- Verband bomstop – verkiezingen

J. Ceuleers

 

- Buitenlands persoverzicht (geen kranten in België op 1 november)

H. Morrens

 

- Officiële reactie van Harmel, minister van Buitenlandse Zaken van België

 

02/11/68

Persconferentie Noord-Vietnamese delegatie

J. Drummen

07/11/68

Overwinning van Nixon: deel van toespraak over Vietnam

 

12/11/68

Akkoord Johnson – Nixon om Johnson tot 20/01/69 aan de macht te laten: beschouwingen

M. Bolle

13/11/68

Persconferentie Noord-Vietnamese delegatie

J. Drummen

26/11/68

Vorderingen of niet in Parijs

K.-J. Hendrickx

 

Vorming van partijen voor onderhandelingen

J. Coeck

27/11/68

Zuid-Vietnam naar conferentietafel?

J. Drummen

28/11/68

Informele briefing over Vietnam door D. Spike

J. Coeck

09/12/68

Zuid-Vietnamese delegatie aangekomen in Parijs

J. Depauw

14/12/68

Discussie over vorm van onderhandelingstafel

J. Drummen

19/12/68

Moeilijkheden op onderhandelingen

J. Drummen

 

 

 

 

 

 

27/01/69

Eerste persconferentie van Nixon

P. Schroeder

08/02/69

Wie zijn de onderhandelaars in Parijs? Kunnen zij ooit samen regeren?

 

10/03/69

Dreiging met meer geweld door Amerikaans Minister van Defensie; bomstop heeft geen positieve gevolgen

K.-J. Hendrickx

18/04/69

Controverse over eventueel terugtrekken troepen

 

08/05/69

Nieuwe voorstellen van Vietcong in Parijs

P. Schroeder

14/05/69

Balans na 1 jaar vredesonderhandelingen

J. Drummen

05/06/69

Groeiende oppositie tegen Nixons militair beleid

P. Schroeder

09/06/69

Reacties op Midway-ontmoeting Nixon – Van Thieu

P. Schroeder

11/06/69

Amerikaanse reacties op de vorming van Voorlopige Vietcong-regering in Zuid-Vietnam

P. Schroeder

04/09/69

Extra editie naar aanleiding van overlijden van Ho Chi Minh, president van Noord-Vietnam

Reactie in Washington

Reactie in Parijs

J. Caenberghs P. Van Roe

P. Schroeder

J. Drummen

04/09/69

Avondeditie: mogelijkheden na dood Ho Chi Minh

P. Van Roe

12/09/69

Nixon en adviseurs bijeen in Camp David

P. Schroeder

16/09/69

Algemene Vergadering VN

P. Schroeder

18/09/69

Nixon spreekt VN toe

P. Schroeder

26/09/69

Persconferentie van Nixon

P. Schroeder

15/10/69

Extra editie: grote anti-Vietnamdemonstratie; portret van betogers

K.-J. Hendrickx

03/11/69

Voorbeschouwingen over toespraak van Nixon over Vietnam

P. Schroeder

04/11/69

Nabeschouwingen over toespraak Nixon over Vietnam

Reactie in Parijs

Reactie in Londen

Interview met Troch, politiek commentator

P. Schroeder J. Drummen

R. Simons

 

Reacties op Nixons toespraak in Washington

P. Schroeder

06/11/69

Vietnambetoging in Washington (13-14/11) verboden

P. Schroeder

15/11/69

Vietnambetogingen in Washington en Parijs

M. Dekeyser

J. Drummen

21/11/69

Achtergrond + feiten over Vietnam; aftreden van Cabot Lodge (Amerikaans toponderhandelaar)

Reactie in conferentie op aftreden

Vice-president ontevreden

P. Van Roe

 

E. Bogerman

P. Schroeder

22/11/69

Legerluitenant beschuldigd van burgermoord

K.-J. Hendrickx

 

 

 

 

 

 

22/01/70

State of the Union van Nixon

P. Schroeder

26/02/70

Kritiek in VS over geheimhouding over optreden van soldaten in Laos

P. Schroeder

27/02/70

Nabeschouwingen over State of the World van Nixon

P. Van Roe

16/03/70

Cambodja en Laos proberen evenwicht te vinden

M. Dekeyser

28/04/70

Situatie Cambodja baart VS zorgen

P. Schroeder

29/04/70

Zuid-Vietnamese troepen vallen Cambodja binnen met steun van VS

K.-J. Hendrickx

04/05/70

Reacties na Amerikaanse aanval op Vietcong in Cambodja

M. Dekeyser

P. Schroeder

H. Morrens

05/05/70

U Thant over situatie Zuidoost-Azië

Verschillende reacties op invasie VS

K.-J. Hendrickx

R. Simons

06/05/70

Poging tot rechtvaardiging door Nixon

Reacties

P. Schroeder

J. Drummen

09/05/70

Betoging tegen invasie in Cambodja

Toespraken Nixon en Van Thieu

J. Janssens

M. Dekeyser

14/05/70

Na een week onderbreking opnieuw onderhandelingen in Parijs

J. Drummen

15/05/70

Day of the Army afgelast uit vrees voor betogingen

Reportage over betogers

K.-J. Hendrickx

23/06/70

Nieuwe fase in conflict tussen Senaat - Nixon over Cambodja

J. Janssens

29/06/70

Zweedse zaakgelastigde naar Noord-Vietnam

H. Ruyssenaar

30/06/70

Debat in Senaat over fondsen van Amerikaanse troepen in Cambodja

J. Janssens

01/09/70

Verwerping van amendement over terugtrekking troepen tegen 31/12/71

Nieuwe correspondente in Saigon: krijgsgevangenen in Vietnam

K.-J. Hendrickx

 

H. Schoutte

27/09/70

Defensieadviseur Kissinger in Parijs

M. Dekeyser

03/10/70

Overleg Nixon, Kissinger en Amerikaanse onderhandelaar Bruce

 

08/10/70

Beschouwingen bij Nixons nieuw Vietnamvoorstel met betrekking tot terugtrekken

M. Dekeyser

H. Morrens

08/10/70

Reacties in Saigon op Nixons voorstel

Reacties in Washington op Nixons voorstel

H. Schoutte

K.-J. Hendrickx

16/10/70

Saigon wijst coalitievoorstellen af

H. Schoutte

19/10/70

Cambodja blijkbaar niet zo tevreden over vredespakket van Nixon

H. Schoutte

24/10/70

Zweedse commissie onderzoekt oorlogsmisdaden in Vietnam

H. Ruyssenaar

19/11/70

Nixon wil meer geld voor buitenlandse hulpverlening

P. Schroeder

21/11/70

Commentaar op Amerikaanse bombardementen

Reactie van Congres

J. Janssens

P. Schroeder

25/11/70

Amerikaans deserteur door Zweden uitgewezen

H. Ruyssenaar

04/12/70

Kleine Vietnamconferentie in marge van NAVO-conferentie in Brussel

J. Janssens

11/12/70

Lauwe reacties op persconferentie van Nixon

P. Schroeder

 

 

 

 

 

 

04/01/71

TV-interview Nixon

K.-J. Hendrickx

13/01/71

Stijgende demoralisering van de Amerikaanse troepen

K.-J. Hendrickx

16/01/71

Vietnampsychose in VS

K.-J. Hendrickx

M. Dekeyser

20/01/71

Indien Nixondoctrine slaagt, kan ze elders toegepast worden?

P. Van Roe

22/01/71

Aanval in Phnom Penh – reactie in Washington

P. Van Roe

23/01/71

Vietnam niet vermeld in State of the Union – fragment

P. Van Roe

28/01/71

Interview met Thi Binh, minister van Buitenlandse Zaken en adjunct-delegatieleidster van Vietcong in Parijs

M. Dekeyser

29/01/71

VS in Cambodja

 

30/01/71

Thi Binh beantwoordt vragen van luisteraars

 

02/02/71

Zuid-Vietnamese troepen vallen Laos binnen;

Interview met M. Vandubbele

J. Caenberghs

M. Dekeyser

08/02/71

Zuid-Vietnamese troepen in Laos

Reacties in Washington

Reacties in Londen

P. Van Roe

H. Leffelaer

R. Simons

13/02/71

Politieke en strategische balans na inval in Laos

P. Van Roe

24/02/71

Reacties in Washington op ongunstige evolutie in Laos

K.-J. Hendrickx

26/02/71

State of the World van Nixon

K.-J. Hendrickx

01/03/71

Bomaanslag Capitool als protest tegen oorlog

K.-J. Hendrickx

03/03/71

Zuid-Vietnamese troepen in de problemen in Laos

Groeiend protest in Washington

H. Schoutte

K.-J. Hendrickx

10/03/71

Proces tegen Amerikaans kapitein Calley voor massamoord in My Lai

China steunt Noord-Vietnam

H. Hendrickx

 

M. Dekeyser

27/03/71

Einde van acties in Laos

M. Dekeyser

01/04/71

Veroordeling Calley veroorzaakt opschudding

P. Schroeder

03/04/71

Reacties in Belgische militaire kringen op veroordeling Calley

 

08/04/71

Kanttekeningen bij Vietnamtoespraak Nixon

M. Dekeyser

 

Commentaar op Nixons toespraak

Reacties in Parijs

K.-J. Hendrickx

E. Bogerman

14/04/71

Commentaar op toespraak Leird, Minister van Defensie, over VS in Azië

P. Schroeder

23/04/71

Verslag over Boeddhistische kerken in Zuid-Vietnam

M. Gevaert

26/04/71

Reactie Washington op bekendmaking van Vietcong dat antioorlogsgezinde VS-soldaten gespaard zullen worden

P. Schroeder

30/04/71

Geen wijziging van Vietnampolitiek, ook niet na betogingen

K.-J. Hendrickx

01/05/71

Betogingen in Washington

K.-J. Hendrickx

19/05/71

Tuchtmaatregelen tegen bevelhebber van infanteriedivisie waartoe eenheid in My Lai behoorde

H. Hendrickx

15/06/71

NY Times onder druk om dossier over Vietnampolitiek niet meer te publiceren

H. Hendrickx

M. Dekeyser

16/06/71

NY Times krijgt verbod op publicatie; reacties

Senaat stemt over amendement over einde Vietnamoorlog

H. Hendrickx

M. Dekeyser

18/06/71

NY Times in beroep, Washington Post begint analoge reeks. M. Dekeyser interviewt K.-J. Hendrickx

M. Dekeyser

19/06/71

Verdere uitleg over persrel.

M. Dekeyser interviewt K.-J. Hendrickx

M. Dekeyser

21/06/71

Zweedse onderzoekscommissie naar oorlogsmisdaden van VS in Vietnam

H. Ruyssenaar

24/06/71

Witte Huis legt gelekte documenten voor aan Congres

Vervolg perslek

H. Hendrickx

25/06/71

Vervolg perslek

H. Hendrickx

30/06/71

Zweden en Frankrijk benaderd om waarnemers te zijn bij verkiezingen Zuid-Vietnam

H. Ruyssenaar

01/07/71

Nieuw vredesvoorstel door Vietcong in Parijs

J. Drummen

13/07/71

Amerikaans onderhandelaar Bruce vervangen?

K.-J. Hendrickx

14/07/71

China wil nieuwe Geneefse conferentie, interview met Pluvier

 

16/07/71

Toenadering VS – China

Bedenkingen hierbij

P. Schroeder

K.-J. Hendrickx

20/08/71

Minh trekt zich terug uit verkiezingen in Zuid-Vietnam

Reactie in Washington

C. Goossens

H. Hendrickx

30/08/71

Sovjetpresident Podgorny plant bezoek aan Hanoi

P. Van Roe

03/09/71

Dreigende krachtmeting in Saigon tussen Kao Ky en Van Thieu

M. Dekeyser

30/09/71

Hoorzitting in Congres over recht op vrije informatie

M. Dekeyser

12/10/71

Nixon gaat naar Moskou

K.-J. Hendrickx

16/10/71

Balans van Nixons beleid voor komende verkiezingen

K.-J. Hendrickx

M. Dekeyser

NOVEMBER - DECEMBER 1971 NIET BEWAARD

 

 

 

 

 

 

 

03/01/72

Nixon en de presidentsverkiezingen

 

26/01/72

Nieuw vredesvoorstel VS verworpen door Vietcong

P. Van Roe

24/02/72

Noord-Vietnamese delegatie verlaat boos de conferentietafel

Nixon op reis in China, over Vietnam?

H. Morrens

14/03/72

Reportage over oorlog in Laos

J. Drummen

04/04/72

Noord-Vietnamese aanvallen op Zuid-Vietnam ondanks voortdurende terugtrekking VS-troepen

Noord-Vietnamees offensief

M. Dekeyser

 

P. Van Roe

05/04/72

VS zou troepen inzetten om offensief af te weren

J. Coeck

06/04/72

Noord-Vietnamees offensief in Zuid-Vietnam

P. Van Roe

07/04/72

Voortschrijdend offensief in Zuid-Vietnam

4 fronten in Zuid-Vietnam

Onwaarschijnlijk gebruik van kernwapens

J. Drummen

P. Van Roe

P. Schroeder

10/04/72

Strategische kansen van beide kampen

Gevolgen offensief voor vietnamiseringspolitiek Nixon

M. Dekeyser

P. Van Roe

13/04/72

Situatie in Zuid-Vietnam

P. Van Roe

17/04/72

Amerikaanse bombardementen hebben enkel een politiek karakter; Noord-Vietnam en Vietcong willen terug naar onderhandelingstafel, VS niet

P. Van Roe

J. Drummen

18/04/72

Senaatscommissie voor Buitenlandse Zaken neemt wetsvoorstel aan dat financiering van oorlog stopzet

M. Dekeyser

20/04/72

Invloed van Amerikaanse bombardementen op SALT-besprekingen

H. Ruyssenaar

21/04/72

Zeegevecht in baai van Tonkin

M. Dekeyser

22/04/72

Gesprek met prof. Boeynants, prof. De Haes, ecoloog Polk en doctor Verwey, n.a.v. verschijnen van het boek The Pentagon Papers

M. Dekeyser

P. Van Roe

J. Bouveroux

J. Caenberghs

24/04/72

Frontverschuivingen in Vietnam

P. Van Roe

25/04/72

Kissinger in het geheim in Moskou geweest, vnl. over Vietnam

P. Schroeder

26/04/72

Hervatting van onderhandelingen Parijs

P. Van Roe

04/05/72

Vietnambesprekingen in Parijs afgebroken; commentaar uit Washington en Parijs

P. Schroeder

08/05/72

Amerikaanse Vietnamtop; mogelijke uitwegen

M. Dekeyser

 

Amerikaans Vietnamoverleg voorbij; commentaar bij verhevigde bombardementen

P. Schroeder

09/05/72

Amerikanen willen via blokkade het Noord-Vietnamees offensief afremmen

P. Van Roe

12/05/72

Beroering bij Volksunie over deelname van leden aan Vietnammars

 

02/06/72

Nixon licht Congres in over reis naar Moskou

P. Schroeder

06/06/72

Zweedse premier bekritiseert VS op milieuconferentie te Stockholm

H. Ruyssenaar

12/06/72

China reageert op bombardementen dicht bij de grens

P. Schroeder

14/06/72

Menselijke aspecten van Vietnamoorlog

Universiteit van Leiden stuurt subsidie van VS-leger terug

 

15/06/72

Sovjetpresident Podgorny in Hanoi; Kissinger in Peking

J. Caenberghs

20/06/72

Kissinger bij Chinese premier Chou en Lai

 

30/06/72

Echte vredeskansen voor zoveelste hervatting besprekingen in Parijs

M. Dekeyser

14/08/72

Nieuw vredesvoorstel van VS

K.-J. Hendrickx

J. Drummen

16/08/72

Diplomatieke drukte rond Vietnam

P. Van Roe

21/09/72

De stad Quang-Ti na verovering door VS-mariniers

 

28/09/72

Drie VS-soldaten vrijgelaten door Noord-Vietnam

D. Van Dijck

 

Nixon laat doorschemeren dat oorlog in oktober gedaan zou kunnen zijn; Vietcong en Noord-Vietnam ontkennen

M. Dekeyser

 

NY Times steunt presidentskandidaat McGovern, voornamelijk om tegen Nixon te zijn

K.-J. Hendrickx

09/10/72

Vrede in de maak in Parijs?

J. Drummen

11/10/72

McGovern licht standpunt over Vietnam toe

K.-J. Hendrickx

 

Steeds sterkere Franse bemiddeling in Parijs

E. Bogerman

17/10/72

Diplomatieke activiteit; vrede?

J. Drummen

18/10/72

Politiek lot van Zuid-Vietnam

M. Dekeyser

20/10/72

Zuid-Vietnam aanvaardt voorstel van VS voor 3-partijenregering

M. Dekeyser

23/10/72

Druk diplomatiek overleg, maar geen vrede

M. Dekeyser

24/10/72

Verkiezingen in VS, dus steeds meer geruchten over vrede maar Zuid-Vietnam als spelbreker

K.-J. Hendrickx

26/10/72

Noord-Vietnam bereid vredesakkoord te ondertekenen

M. Dekeyser

 

Reacties uit Washington

P. Schroeder

 

Reacties uit VS

P. Schroeder

27/10/72

Noord-Vietnam wil enkel praten als op 31/10 bestand ondertekend wordt

M. Dekeyser

30/10/72

Waarom er geen bestand komt en wat gebeurt er dan?

M. Dekeyser

 

Washington bevestigt dat het geen bestand ondertekent

P. Schroeder

31/10/72

Geen bestand

M. Dekeyser

20/11/72

Opnieuw besprekingen in Parijs

M. Dekeyser

22/11/72

Kissinger overlegt met Indonesië over controle over eventueel bestand met Noord-Vietnam

M. Dekeyser

24/11/72

Muiterij in Noord-Vietnamese legereenheid uit protest tegen eventueel bestand; ontkend door delegatie in Parijs

J. Drummen

04/12/72

Kissinger opnieuw in Parijs

K.-J. Hendrickx

07/12/72

Situatie in Parijs

J. Drummen

08/12/72

Kissinger is gaan praten met Pompidou

J. Drummen

18/12/72

Dieptepunt in Vietnam

P. Van Roe

 

Noord-Vietnam opnieuw gebombardeerd

M. Dekeyser

20/12/72

Diplomatieke nederlaag voor Kissinger?

K.-J. Hendrickx

27/12/72

Bommenregen in Noord-Vietnam

Gewijzigde politieke situatie

K.-J. Hendrickx

28/12/72

Interview met Minh Vy, adjunct-chef van Noord-Vietnamese delegatie

Sterk protest in Zweden tegen Vietnampolitiek van VS

 

 

D. Van Dijck

 

Reactie in VS

H. Hendrickx

 

 

 

 

 

 

02/01/73

Einde bombardementen leidt tot hernieuwde besprekingen

J. Drummen

03/01/73

Visie van VS op onderhandelingen

P. Schroeder

04/01/73

Grote protestactie gepland in België en Nederland, tegen optreden van VS

K. Middelhof

05/01/73

Vietnampolitiek blijft reacties uitlokken, zowel in VS als in buitenland (o.a. betogingen in België)

R. Adams

08/01/73

Zoveelste ‘laatste onderhandelingen’ in Parijs tussen Kissinger en Le Duc Tho

J. Drummen

10/01/73

Thaise VS-bases blijven

P. Van Roe

12/01/73

Nieuwe Amerikaanse onderminister sluit gebruik van kernwapens niet uit; gevolgen?

H. Leffelaer

15/01/73

Nixon beveelt stopzetting militaire operaties in Noord-Vietnam

H. Leffelaer

16/01/73

Wat houdt nieuwe overeenkomst in?

J. Drummen

 

VS-regering wil te veel optimisme vermijden

K.-J. Hendrickx

19/01/73

Anti-oorlogsgroepen op inauguratie Nixon

 

23/01/73

In Memoriam Lyndon B. Johnson

P. Van Roe

 

Bestand mogelijk?

J. Drummen

24/01/73

Weliswaar bestand, maar ook vrede?

- Overlopen van geschiedenis Vietnamoorlog

 

M. Dekeyser

 

- Toelichtingen bij bestand

M. Dekeyser

25/01/73

Zondag bestand, maar onrustige toekomst voor Indochina

P. Van Roe

 

Inzamelingsactie in Nederland gebeurt niet eensgezind

K. Middelhof

25/01/73

Wat gebeurt er in België? Gesprek met Rode Kruis, Caritas Catholica en humanitaire werkgroep X

H. Verheyden

26/01/73

Lot van krijgsgevangenen na akkoord

P. Van Roe

30/01/73

Nog steeds gevechten ondanks bestand

M. Dekeyser

01/02/73

Interview met Tran Kwok Boe (sic), voorzitter van Zuid-Vietnamese Confederatie van Vakbonden

R. Adams

05/02/73

Krijgsgevangenen eventueel reeds vroeger naar huis

H. Hendrickx

09/02/73

Ook vrede voor Laos?

M. Dekeyser

12/02/73

Eerste krijgsgevangenen komen vrij

H. Hendrickx

20/02/73

Bestandakkoord in Laos

P. Van Roe

26/02/73

Start van Derde Internationale Conferentie over Indochina

J. Drummen

 

Politieke impact

P. Van Roe

27/02/73

Ernstige moeilijkheden in Parijs

J. Drummen

28/02/73

Optimisme i.v.m. Vietnam is totaal verdwenen:

gevangenen worden niet meer vrijgelaten

VS-troepen worden niet langer teruggetrokken

vredesconferentie zit in het slop

P. Van Roe

06/03/73

Interview met Nguyen Dinh Thi over derde partij in Zuid-Vietnam

H. Verheyden

16/03/73

Bestand wordt veel geschonden; is het in gevaar?

M. Dekeyser

19/03/73

Ontmoeting Zuid-Vietnamese regering en communisten van Zuid-Vietnam in Parijs

J. Drummen

29/03/73

Laatste VS-troepen uit Vietnam, enkel nog bewaking voor ambassade Saigon

à einde van Amerikaanse invloed?

P. Van Roe

19/04/73

Wapens zwijgen niet ondanks 3 maanden vrede

M. Dekeyser

25/04/73

Zuid-Vietnam wil in augustus verkiezingen organiseren

M. Dekeyser

17/05/73

Kissinger en Le Duc Tho opnieuw bijeen in Parijs. Valt akkoord nog te redden?

E. Bogerman

30/05/73

Geen goed verloop van vrede in Vietnam

Canada trekt zich terug uit controlecommissie

M. Dekeyser

06/06/73

Kissinger en Le Duc Tho bijeen in Parijs voor definitief vredesgesprek.

M. Dekeyser

13/06/73

Nieuw akkoord tussen Kissinger en Le Duc Tho, maar hoe duurzaam?

M. Dekeyser

12/10/73

Persconferentie van vereniging België-Vietnam; De Becker sprak met Vietcong-minister Van Hu

U. De Becker

16/10/73

Nobelprijs Vrede voor Kissinger en Le Duc Tho

M. Dekeyser

20/12/73

Kissinger even in Parijs om te praten over zwaargehavende vrede in Vietnam.

M. Dekeyser

 

 

 

 

 

 

19/02/74

Belgische delegatie terug uit Noord-Vietnam

H. Morrens

16/09/74

Ford wil ondergedoken deserteurs terug opnemen in Amerikaanse maatschappij

H. Hendrickx

25/09/74

Nietigverklaring proces McCally (massamoord in My Lai)

H. Hendrickx

 

 

 

 

 

 

08/01/75

Vietnam uit actualiteit verdwenen, maar elke maand 5000 doden. Interview met Nederlands TV-journalist C. Schwitert

C. Goossens

J. Drummen

 

Politiek van VS n.a.l.v. Vietcong-offensief?

H. Leffelaer

27/01/75

Twee jaar na vredesakkoord. Gesprek met commentator Troch (De Standaard)

M. Dekeyser

19/03/75

Zuid-Vietnamese regering moet hoogvlakte prijsgeven ondanks massale Amerikaanse steun

M. Dekeyser

20/03/75

Interview met H. Neuman van het Nederlands Instituut voor Vredesvraagstukken over ‘dominotheorie’

M. Dekeyser

26/03/75

Kissinger over Zuid-Vietnam

M. Dekeyser

01/04/75

Interview met dr. Pluvier (Universiteit Amsterdam) n.a.l.v. communistisch offensief in Zuid-Vietnam

 

02/04/75

Houding VS t.o.v. gebeurtenissen in Vietnam

H. Leffelaer

03/04/75

Algemene sfeer in Saigon (reportagereis)

M. Dekeyser

 

Toestand in Zuid-Vietnam (reportagereis)

M. Dekeyser

 

Zweeds hulpprogramma

H. Ruyssenaar

04/04/75

Luchtbrug voor weeskinderen; ramp met transportvliegtuig

H. Hendrickx

 

Situatie in Zuid-Vietnam (reportagereis)

M. Dekeyser

 

Invloed van ontslag regering Zuid-Vietnam; gesprek met dr. Pluvier

 

07/04/75

Reportage over Saigon (reportagereis)

M. Dekeyser

08/04/75

Toenemende spanning in Zuid-Vietnam

M. Dekeyser

 

Voorbereidingen voor vlucht uit Saigon

M. Dekeyser

09/04/75

Hoe lang houdt Saigon nog stand?

M. Dekeyser

10/04/75

Toestand in Saigon; Zuid-Vietnam rekent op steun VS

M. Dekeyser

11/04/75

Ford wil meer geld voor ineenstortend regime

H. Hendrickx

 

Analyse van Amerikaans beleid met K.-J. Hendrickx

 

14/04/75

Lot van collaborateurs in Zuid-Vietnam

H. Hendrickx

15/04/75

Het leger van Zuid-Vietnam: een papieren tijger?

M. Dekeyser

17/04/75

Amerikaanse uittocht uit Saigon

M. Dekeyser

21/04/75

Gesprek met M. Dekeyser, terug uit Saigon

 

 

Aftreden Van Thieu leidt tot eventuele onderhandelingen?

 

22/04/75

Parijs probeert onderhandelingen tot stand te brengen

J. Drummen

 

Interview met pater Tan, leider van anticorruptie-comité

M. Dekeyser

24/04/75

Verschillende soorten bommen op Vietnam

M. Dekeyser

28/04/75

Gespannen toestand in Zuid-Vietnam

 

29/04/75

Laatste Amerikanen weg uit Saigon

Invloed op Amerikaanse politiek?

etekenis voor Aziatische volkeren

Gesprek met dr. Pluvier (AU)

M. Dekeyser

30/04/75

Definitief einde van oorlog in Vietnam

Wie heeft wat gewonnen / verloren?

Wat nu met Vietnam / Indochina?

Gesprek met M. Dekeyser

 

 

Stemming in VS na einde van Vietnamoorlog

H. Hendrickx

15/05/75

Denemarken stuurt Vietnamese kinderen terug

H. Ruyssenaar

16/05/75

Lot van Vietnamese vluchtelingen in VS

H. Leffelaer

20/05/75

Amerikaanse oorlogsmoraal na Vietnam

H. Leffelaer

06/08/75

Noord- en Zuid-Vietnam willen lid worden van VN; netelig probleem voor VS

H. Hendrickx

17/09/75

Noord- en Zuid-Vietnam wensen discussie in VN-vergadering over eventueel lidmaatschap

H. Hendrickx

 

 

Bijlage III

Densiteit van de Actueel-items

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bijlage IV

De BRT-hiërarchie 1966 – 1975

 

Bron: HERROELEN (P.), 1,2,…veel? Kroniek van 20 jaar Belgische radio en televisie, Leuven, Acco, 1982, pp. 253-257

 

Algemene leiding

1961         P. Vandenbussche directeur-generaal         CVP

 

Radio

1961         C. Mertens programmadirecteur                   PVV

1975         L. Van Uytven programmadirecteur (vanaf 01/10/75)             PVV

 

Televisie

1961         B. Janssens programmadirecteur         CVP

1973         N. Bal programmadirecteur                    SP

 

 

Raden van Beheer

 

Raad van Beheer 1960-1966

CVP-strekking

R. Hulpiau

Voorzitter ACW (ondervoorzitter)

Tot senator verkozen op 05/07/65

 

M. Grijpdonck

Cultureel adviseur bij het provinciaal bestuur Oost-Vlaanderen

 

M. Vandekerckhove

Referendaris rechtbank van koophandel Kortrijk (ondervoorzitter vanaf 1965)

 

H. Kuypers

Directeur-generaal Kanselarij en Geschillen – Ministerie van buitenlandse zaken

 

G. Herbots

Inspecteur bij het ministerie van justitie

 

P. Knapen

Lid bestendige deputatie, provincie Limburg

 

A. De Smaele

Directeur NV De Standaard (gecoöpteerd)

BSP-strekking

J. Kuypers

Ere-gevolmachtigd minister belast met de internationale culturele betrekkingen

Ere-secretaris-generaal van openbaar onderwijs (voorzitter)

 

J. Luyten

Gewezen secretaris van de BSP

 

G. Temmerman

Secretaris BSP-federatie Gent (gecoöpteerd)

 

R. Declerck

Ere-gouverneur provincie Antwerpen

PVV-strekking

A. Maertens

Directeur Het Laatste Nieuws (gecoöpteerd)

 

 

Raad van Beheer 1966-1973

CVP-strekking

M. Grijpdonck

Zie raad 1960-1966 (gecoöpteerd)

 

M. Vandekerckhove

Zie raad 1960-1966 (ondervoorzitter)

 

M. Storme

Hoogleraar UFSIA

 

M. Vandewiele

Ere-secretaris-generaal ACW

Tot senator verkozen op 06/05/68

 

P. Knapen

Zie raad 1960-1966

 

A. De Smaele

Zie raad 1960-1966 (gecoöpteerd)

BSP-strekking

J. Ramaekers

Tot senator verkozen op 06/05/68

 

R. Dekeijen

Provinciaal secretaris gouwbond voor arbeidsopvoeding

 

G. Temmerman

Zie raad 1960-1966 (ondervoorzitter)

 

V. Thys

Ere-algemeen secretaris ABVV (ondervoorzitter vanaf 1971)

PVV-strekking

A. Maertens

Zie raad 1960-1966 (voorzitter)

Nam ontslag in 1969

 

A. Verhulst

Hoogleraar RUGent (voorzitter vanaf 1969)

 

A. Beyens

Politiek directeur PVV

 

Raad van Beheer 1973-1980

CVP-strekking

F. Janssens

Secretaris-generaal ACW

 

P. Thys

Nationaal secretaris NCMV

 

P. Marck

Algemeen secretaris Belgische Boerenbond (ondervoorzitter vanaf 1977)

 

M. Storme

Zie raad 1966-1973 (ondervoorzitter)

Tot senator verkozen op 09/05/77

 

L. Van Coppenolle

Notaris

 

C. Smit

KAV

Tot senator verkozen op 11/03/74

 

A. Phlix

Sociaal assistente

 

L. Wils

Hoogleraar KULeuven

BSP-strekking

R. Dekeijen

Zie raad 1966-1973

 

G. Derieuw

Nationaal secretaris ABVV

(ondervoorzitter vanaf 1978)

 

G. Broget

Voormalig secretaris van minister Anseele

(ondervoorzitter, nam ontslag in 1978)

 

M. Boussy

Directeur-generaal verzekeringsmaatschappij ‘De Sociale Voorzorg’

 

S. Vervaeck

Assistente bij het algemeen rijksarchief

PVV-strekking

A. Verhulst

Zie raad 1966-1973 (voorzitter)

 

A. Beyens

Zie raad 1966-1973

VU-strekking

A. Van Overstraeten

Journalist, VU-propagandaleider (ondervoorzitter)

 

P. Martens

Journalist, hoofdredacteur ‘Wij’

 

 

Bijlage V

Interviews

 

Transcriptiefiche: interview met Miel Dekeyser op 19 september 2003

Naam: Dekeyser

Voornaam: Miel

Geboortedatum: 11/02/32

Opleiding: Germanist (KULeuven)

Loopbaan: Diplomatiek correspondent VRT

 

· Wanneer bent u juist beginnen werken bij de radionieuwsdienst, als correspondent? (0’01’’ – 2’16’’)

Zie, correspondent is een fout woord al. Ik ben een gewone VRT-journalist die het werk van, gedaan heb dat daar opstaat[416]… Juli, 1 juli ’62. Een tijdje geleden. Jacques Vandersmissen (?), zelfde dag, zelfde uur.

Ik had een schoolverleden. En ze moesten beginnen, heel typisch, met school-tv. En ik begon in juli, en da was september dat da moest beginnen, en ze hadden nog niemand, nog niks, geen enkel programma. En ik had in de jaren vijftig, toen ik nog veel jonger was, student, ’t was voor mij als kind al duidelijk: “ik ga bij de radio – want ik kende toen de TV niet – en daarna bij de TV werken”. Ik heb vijf jaar met eigen materiaal gefilmd voor het huis, reportages, en dus wisten ze dat ik iets van film moest weten, na vijf jaar, en dat ik acht jaar les gegeven had. In het onderwijs kunt ge dat, daarbij filmen en zo. En ik heb dan productie, zeven jaar productie school-tv. En als beloning mocht ik altijd inspringen op de redactie – pervers gewoon. En dan, voor mijn neus, “ja maar dat komt in orde, binnenkort zit ge op de redactie”, nog geen volle zeven jaar en ik zat daar. Zowat… dan tot het einde, tot de laatste dag van ’92.

 

· Bij Actueel was u dus ook journalist. Maar hoe komt dan eigenlijk een Actueel-reportage tot stand? (2’33’’ – 9’20’’)

Dat hangt een beetje van de zogeheten eindredacteur af, dat ben ik daar altijd geweest. Dus als je onderweg was, had je het statuut correspondent, en dat was belangrijk ‘diplomatiek’, want dan had je een diplomatenstatus, en… dat hoeft nie, als je op je bureau een programma zit te maken… Hoe komt dat tot stand? Da’s nu een vraag zeg… Hoe het bij mij tot stand kwam kan ik perfect zeggen. ’s Morgens zetten wij de wekker op kwart voor zeven, en alle dagen, maar ook het weekend, als ik niet werkte, of toch werk had – dat is beurtrol he – dan luisterden wij thuis, mijn vrouw en ik, naar het nieuws van zeven uur op de BBC, tot halfacht, en dan wist je meer dan je de rest – dat is niet normaal eigenlijk he, iedere redacteur op iedere gazet kan dat toch aanzetten, ik versta dat niet, maar goed – en daar doet ge gedachten op. En als ik om negen uur, ik ging iets later omdat ik graag nog thuis de RTBF hoorde – da’s een vreemd land waarvoor die uitzenden: dingen waar ge bij ons nooit iets van ziet, zeggen ‘tiens, da’s interessant, ‘k ga iemand naar ginder sturen’ – en dan ons nieuws ook, heb ik ook altijd beluisterd, maar dat lag klaar op mijn bureau tegen dat ik daar kwam, uitgedrukt he.

Die drie gegevens, dan had ik, laten we zeggen, op slechte dagen een tiental suggesties voor thema’s – als democratische baas he – en soms ook wel 15, of 18, of 20. ’t Een doet u denken… allez, iets wat in Wallonië gebeurt, zegde, ‘ja maar ja maar en hoe zit dat bij ons?’… De inleiding is dan ‘de Walen hebben besloten zus en zo en nog wa meer, slapen wij weer of…? We vroegen het aan… aan Bart Somers tegenwoordig moet ge alles vragen he – juist, ge weet wat ik bedoel. Dan kwam ik… Mijn volk kwam om half tien, die bleven ook tot ’s avonds he, en dan probeerde ik mijn onderwerpen te verkopen. Soms sprongen ze daar enthousiast op, vaak zegden ze ‘maar ge zijt nie wel, wie boeit da, wie interesseert da’. Als ze dat met 3, 4 – ik had 12 man – zegden dan begon ik al te twijfelen, maar… mja, ik was nogal ne taaien om om te praten, want als ge bij anderen gaat, ga je andere verhalen horen. Toch was ik geen autoritaire baas, in mijn ogen toch niet. Ja maar, ofwel zijt ge eindredacteur, ofwel zijt ge redacteur. Als ge programma wilt hebben, wilt ge dat toch een beetje naar uw zin hebben. Sorry… De meeste zijn in hun hart en achter de rug daarmee eens. Da was jonger volk uiteraard.

En dan vlogen wij erin he, per telefoon of hoe het ging, zo rap mogelijk nog heen en weer. Nu hebt ge satelliettelefoon en al… da was den ouwen tijd he, daar moet ge wel rekening mee houden, dat is niet nu. Volgens mij moet ge ook praten met iemand van nu, van Actueel he. Liesbeth Imbo, of Jan Van Dam. Ten eerste is dat ne goeie samensteller, ook een ander woord voor eindredacteur, samensteller, Jan Van Dam. Ik kan alleen… Ja, al de andere zijn even goe, intellectueel, maar de Jan heeft daar al zoveel jaren op zitten, is niet oud hoor, helemaal niet. ‘k Heb lang met hem nog gewerkt, die gaat gemakkelijk de link kunnen leggen, zeggen – hij heeft het met mij al gedaan – hij zegt ‘komt es hier de nieuwigheden…’ Af en toe ga ik de nieuwigheden… Herman Hendrickx, maar dat is meer technisch… De Jan Van Dam. Els Leysen, enzomeer… Al de andere zijn dan gelijkwaardig he…

Dan probeerde ik zo vlug mogelijk uit te maken wie van ter plekke moest werken, omdat die nie meer terugkwam, telefoon, of ze de figuur die we wilden horen konden meenemen naar een regionale studio, naar Hasselt, in Wallonië, naar Luik, naar Mons, naar hier, naar Antwerpen, naar Kortrijk, en zo voort. Dat moest je zo een beetje…

Om tien uur eerst nog de briefing. Wilt het nieuws van mijn mensen ook nog een bericht? ’t Is allemaal extra werk maar goed. Meestal wel, ik ben daar altijd voor geweest. Dat ge in Actueel het nieuws terugvindt, maar dan niet in 40 seconden, maar in 4, 5, 6, 7, welke het nodig is. Ik ben geen minutenmaniak geweest. Meestal gebeurde dat zo. Gelijk nu, Irak, staat buitenland vooraan he, Cancun vorige week, kan ook allemaal… Als de eigen verkiezingen nadert, is het allemaal binnenland… En normaal hebt ge een evenwichtige dosering van de twee. Punt. Als begin.

 

· Als dan beslist werd om bijvoorbeeld een reportage over Vietnam te maken, hoe was dan de ordeverdeling van wie dat zou doen? (9’32’’ – 15’35’’)

Een reportage over Vietnam, wij hadden daar niemand eigenlijk he, geen constante reporter – we zouden verduiveld geld gehad hebben. Dat steunde allemaal op tweederangs. Dus goeie, Franse, Amerikaanse, Aziatische – op de telex krijgt ge die allemaal mooi vertaald, in ’t Frans, in ’t Engels, in ’t Duits, in n’importe wat – da zijn, ge weet rap wie betrouwbaar is. Dat is de basis. En als ge dat weet, maakt ge dus één stuk, schrijft ge met de hand, waar ge in 3, 4 minuten probeert uit te leggen waar we aan toe zijn. Ja, da zijn geen interviews, geen klank, geen beschieting… Concurrentie, directe concurrentie met de krant dus he. Maar soms moet dat goed geweest zijn, niet soms, geregeld werd dat ook in de krant geciteerd. Ik heb altijd, maar dat is niet meer, voor zulke dingen ‘k hoop dat de Jan daar anders over denkt, dan hebt ge een breder spectrum… ik vond, en vindt nog altijd, dat mensen als het effen kan zich moeten specialiseren, dat is een heikel woord, want ge hebt toch door, wie zich in Amerika specialiseert die mag honderd en zeven keer naar Amerika en terug, en dat willen ze toch allemaal, juist. Nu had ik toevallig Amerika, en ik heb dan ook veel… zo gaat het een beetje. Maar ik heb het ook niet gevraagd, het is zo verdeeld. Het heeft voor een ruimere vorming van de journalist, ik kan ook namens Jan praten, is het goed dat ze allemaal een beetje vanalles doen, maar als ge één breed onderwerp, dat het nu Irak of toen Vietnam was, als je dat tot in de puntjes – Jef Lambrecht op dat punt, en ik heb hem nog niet op veel anders betrapt de laatste jaren – dat heeft enorme voordelen: daar komen boeken uit voort. Ge gaat zeggen, daar heeft de VRT niets aan, jawel, dat is een compliment voor het huis eigenlijk. Specialiseren heb ik altijd in, alleen ne Wetstrater, maar mensen… En eigenlijk gooiden ze hun eigen ruiten [in], de mannen die er tegen waren, want dan waren er, ze zijn er nog, atoomraketten, kruisraketten van de Verenigde Staten, Kleine Brogel en zo, u weet dat daar allerlei vertoningen rond geboden zijn… Dan zegden ze, ja maar zeg, gij gaat met de Wilfried spreken. Ik ken daar geen fluit van, en de Wilfried ook niet zo dat ik da graag deed, maar Martens, ik heb die man dat nooit kunnen verwijten, als ge Eerste Minister zijt, hebt ge andere dingen om het hoofd dan het aantal koppen wat op zo’n raket staat, en hoe ver ze gaat, en hoe hard ze gaat, en als zo’n atoomoorlog begint, hoeveel tijd ge hebt om te riposteren… Neen, da kunt ge zo nie bij uw echt werk doen, daarom ben ik voor specialisatie. Dus de Wetstraters hebben altijd alleen… in mijn tijd waren wij feitelijk allemaal vakidioten, iedereen deed iets. Liesbeth Walkiers die deed Latijns-Amerika, maar verdorie, dat is nog groter dan België he, Latijns-Amerika, eer ge dat een beetje door, eer ge daar contacten hebt en zo voort. Dat pleit voor wat ik zeg. Waarom die controverse? Eén, omdat iedereen, en daar kan ik perfect inkomen, pas op, als het was met de vorst meegaan naar Amerika, nooit gedaan, ik wou dus echt ‘allez gij, die nooit weg kunt, gij gaat mee’. Ne Wetstrater bij voorkeur. De koning is een Wetstraat-onderwerp he. Kunt ge ook in Houston doen. En, wat te moeilijk was voor één man, de ruimtevaart, als ge dat in detail… Soms drie kwart wachten op de lancering, of langer, drie kwart aan het woord blijven, wat de mensen toen geweldig boeide, zou nu niet kunnen, toen was daar vraag naar, hoe meer hoe beter… Ook in het volgen van de maanlanding, da was de nacht door, er waren een miljoen luisteraars. Alles is zeer relatief he. Da weet ge al misschien, van horen zeggen…

 

· U zei daarnet dat u al snel wist welke telexen van welk persbureau betrouwbaar was. Had u nog andere bronnen? (15’51’’ – 27’25’’)

Die telexbedrijven zelf die zijn verankerd in één of ander werelddeel. Agence France Presse is, waar zij kolonies hadden: Frankrijk nog altijd, Marokko, Algerije, veel dieper ook nog, Azië he, Indochina, l’Indochine quoi, Cambodja, Thailand, Laos… Frans doordrongen, ze spreken daar nog mooi Frans, de Vietnamezen ook, de ouderen, de jongeren spreken Engels. Euh, Reuter, is Brits, niet Amerikaans, Brits, dus India… ’t is zo een beetje primitief, de Engelse gebieden van Afrika… ja, ge moet zo een beetje zien wat ge van die mannen neemt he. Als er een primeur komt, is het altijd uit een gebied waar zij veel volk hebben. Veel? Er zijn een paar man, toch. Euh, dan zijn UPI, United Press International, dat zijn de allesdoeners, vind ik minder. De Amerikanen hadden alles altijd, maar ja ook vaak uit tweede-, derdehand, met hun sausje gekleurd of smaak gegeven, en wat hadden zij? UPI, maar nog een heel groot, hoe noemt dat nu weer?

UPI, Reuter, AFP… en ge gaat te biechte bij die waarvan ge weet dat ze op de hoogte zijn, vind ik toch. Die hebben daar volk, die kennen de mensen, die kennen verduiveld de taal vaak. Ik heb in Vietnam met Reuter, een heel serieus persbureau, zeer, en omdat ik mijn kaart had van de Internationale Pers, ik toon die, en dan mocht je de telex lezen voor hij de wereld ingestuurd werd. Dat was leuk. Dat bleef alleen… En de William Van Laeken, zegt die naam u iets, die heeft zijn eerste buitenlandse reportage met mij gemaakt in Vietnam. En dat was voor hem, dat was een gelukkig man. En wij hebben daar Reuter gebruikt tot grote voldoening, zij hebben daar twintig man, en wij waren daar met ikke en ne stagiair, W. Van Laeken, geef toe dat ge u dan beroerd voelt soms he. Ge kunt maar op één plaats met een manneke zijn. Dat was… die boden u dat aan, en dan kon je dat verfrommelen, in een prullenbak, want het echte bleef, dat moest bekend worden, dan had je een vertrekpunt. Want in zo’n vreemd land waar je geen taal spreekt, is het uiteraard akelig om contacten, informatie te hebben he. Hoe moet ge het doen? De heel jonge spraken al voldoende Amerikaans, daar zijn die altijd goed in in het verspreiden van hun communicatie, wel die werkten daar. En ik had een jongetje, wat een maand lang, alle dagen zolang ik er was, naar Tansonjit, dat is de luchthaven van het vroegere Saïgon, Ho-Chi-Minh-City, en wat er ook gebeurde, die kwam anderhalf uur, heel vroeg, en om half acht – dit is kolonialisme, ik ben beschaamd eigenlijk – aan mijn ontbijttafel met de Herald Tribune van die dag. Als gij niets kunt horen, de BBC als het weer en de wind goed zaten. Ja, er waren beloningen. Ik kon perfect propagandazender Hanoï in vlekkeloos Frans ontvangen. Dat is ne keer leuk hoe… Pasen kwam in die maand, en dan brachten zij een reportage van hoe de duizenden, tienduizenden gelovigen naar de kathedraal trokken in Hanoï. Voor een communistisch regime is dat heel veel belovend, dat is leuk he. Dan hebt ge al een stukje, of het begin van een stukje daaraan he. Dat was zo, en dat is leuk. Ja, ge moet werkelijk alle bronnen, en vooral uw eigen ogen, en gaan zien he.

Volgens mij, is dat door niks te betalen, waarover klappen we, maar niets vervangt het ter plekke gaan. Ik heb gezaagd tot ik mocht gaan op het einde. Baas, Vandenbussche was baas, hoe is het mogelijk, maar die vond mij niet genoeg pro-Amerikaans. Die zei ‘die moogt ge daar niet betrouwen, en de anderen mochten meer’. Tot hij dan omgepraat is door mijn directe bazen, en dan mocht ik ineens gaan. Want dat is een kritiek, ik heb hem vorige week nog gehoord, van een hele verstandige mens, van ‘hoe is dat toch mogelijk dat nen Hollander én ne Vlaming, waarom niet één voor twee, desnoods voor Zuid-Afrika, waarom niet, alles met één man, één vrouw. Da’s absurd, ieder mens ziet voor zijn, nen Hollander ziet andere dingen dan jij, dan ik, that’s all. Ja, laat dat, als gij die job kiest, u nooit voorzeggen, dat is niet waar gewoon. Dat is waar hoor. ‘Allez, allez, de Hollanders hebben iets wat ik niet heb, ook een klein landje, met één of twee mannekes.’ Bon, tant pis. Holland, NCRV, heeft toen van mij, ik heb de laatste fronten gedaan, waar, hoe moet ge dat verwoorden, waar het lelijk deed. Dat was een goede reportage. Die horen dat dan op de BRT, zoals het ding toen heette, en die kochten dat. En wij hebben er ook van ginder, ik heb daar geen frustraties over. Er zijn mensen, daarvoor belden ze naar Saïgon, zeggen ze ‘we hebben iets heel boeiend gehoord op Holland’, dan zegt ge ‘maar belt daar toch niet meer…’. Ja, ge werkt samen in dat vak he, echt hoor. Die Hollanders zaten naast mij in hetzelfde hotel. Zij hadden geluk in het Noorden, ik in de Delta. Wel, ruil dan, ge hebt twee stukken, dat is toch al. Maar ge hebt ook uw eigen kijk gehad.

Het leger, neen, niemand heeft dat ooit betrouwd. Dat was ook een heel povere, flauwe, helemaal uitgebluste bedoening, elke namiddag, om vijf uur was er een briefing van het leger. Een wanhopige bedoening, punt.

Lang geleden he, 28 jaar. In ’75 ben ik een maand daar geweest… Ik heb ooit in het jaar ’75, heel in het begin van het jaar gezegd in een stukje ‘tja, het zou mij nooit verwonderen dat, ge kon dat een beetje voorspellen aan de hand van de evolutie op het front, dat die mannen er een feest van maken op 1 mei, dat is zo’n beetje hun feest, en dat zij Saïgon binnentrekken als 1 mei over is’ en het is zo gebeurd. Waarschijnlijk had ik hoerenchance, maar het is gebeurd, en dan zegden ze ‘die zegt dat het op 1 mei gedaan is, stuurt hem’. Dat was leuk, ik ben daar blij mee geweest. Als een kind met een dooie mus. Voor een klein land, pas op he, we zijn nu al ver naar beneden gedonderd, binnenkort wordt alles zo duur, dat kleine landen niets zelf meer kunnen doen he. Wat een heibel rond mijn naamgenote ons Greet, oei oei oei, dat is allemaal te duur al wat ze doet. Ze hebben de helft van Greet Dekeyser aan Holland, aan de Tros, aan de Tros dan nog. Ze zouden beter twee koppen hebben he, ne VRT-kop en ne Tros-kop. Ja, dat zijn zware dingen voor twee bazen. Dan botst ge met dat principe van ge moet het zelf zien. Dan moeten ze zeggen ‘dat zou iets goed zijn voor de Hollanders’… Aan een tafeltje op een terras kunt ge daar eens goed mee lachen, maar als ge erin staat niet. Want zij nemen niet wat ge naar Brussel stuurt, wees niet naïef, dat nooit.

 

(47’20’’ – 58’20’’)

Maar wij hadden wel 51 onafhankelijken waarvan we daarjuist Roger Simons vernoemd hebben. We hadden twee mensen in Noord – onafhankelijken die per stuk, stukwerkers. In Japan, in Amerika, die hebben we nu nog: Esther Verhalle die in Amerika, Greet is in Amerika. We hebben mensen overal op het ogenblik: Scandinavië, Anna Lindh is door de man met een ietwat somber geluid, maar ik vind dat hij dat heel goed doet, enzovoort. En die kenden… Robert Bosschaert in Spanje, Henk Kortenaer in Italië. We hebben altijd mensen gehad in Zuid-Afrika. Ja, ik denk dat dat ok was, ja. Er kwamen ook, hoe moet je dat noemen, losse bijdragen binnen van correspondenten – Kurt Lindeier in Midden-Afrika, die werkte… dat was een jonge man, die is nu ouder dan na 30 jaar, die werkt nu nog voor de NOC, hij had vorige week een stuk van twee bladzijden. Die kon ons telefonisch niet bereiken, en die stuurde zijn stukjes met DHL of Federal. En dat kostte, maar dat kostte, voor een omroep waren dat de niemendalletjes eigenlijk he. Voor uw eigen bedoel ik zijn dat enkele honderden franken, maar als verzameling van nieuws… Ja, en dat was dan, die had die ingesproken aan zijn keukentafel bij manier van spreken, die was perfect van klank, en dat ging rap, zeg een week. En Afrika is nooit zo brandend geweest, tenzij na een reusachtige moord, nu Mandela zo zou het doen. Dan moet ge direct… Maar dat is voorbij met de satelliet, die problemen van DHL bestaan niet meer he. En de email is wel, zelfs als ge in een gat in Afrika verblijft, is er tegenwoordig email. Want dat gat is de hoofdstad, daar zijn toch altijd bedrijven, dat het Shell of Texaco, want meestal zijn die waar olie he, olie in de grond zit, waar ge terecht kunt. Nee nee, dat was niet alleen of telex of ter plekke, nee nee neen. Wij hadden bijna alle dagen wel een – hoe zeg je dat nu ja – een zelfstandige, free-lance is nog altijd best.

Als dat mensen zijn die ge goed kent, dan gebeurde dat in vertrouwen. Die zeiden ‘er is hier wat aan de hand’. Ge moet ze vertrouwen he, anders moet ge er niet mee beginnen. Dat iemand weet wat nieuws is ver van waar het gebeurt. Daar hadden wij geluk mee, soms niet, dat geef ik toe. Het Oostblok was hier niet altijd groot nieuws, met reden vind ik nog altijd. Als je daar met je neus op zit, kan je niet oordelen gelijk in Brussel he, maar daar hadden wij toch, al bij al, goede ervaringen mee. Bij sommige wist ge ‘als die dat stuurt, moeten we in het oog houden’. Nergens op de telex, nergens in de krant, we laten het nog een dag liggen. En dan zond ik het hoe dan ook uit, dat ik dacht ‘we gaan wel zien’. Soms werd daarop gereageerd, een sneeuwbal. Dat is… ge moet uw volk kunnen betrouwen, inderdaad, en het meeste kon je feitelijk vooraf overleggen he. Maar die stuurden… dat was zo, als je het gebruikt, betaal je, anders gooi je het weg, en krijgen we niks, maar ik ben er ook van uitgegaan dat ik ook voor elke uitzending een paar betaalde waarvan ik wist dat ik ze weggooide, maar ja, waarvoor moet ge honing hebben he, om vliegen te vangen of wat, maar toch voor iets om te vangen. Als ge om de maand een stukje verkoopt, dat was tegen mijn principes. Dat brengt niet veel op, corresponderen, dat wil ik u maar zeggen. En dat was verboden, maar ze hebben daar nooit over gepiept, nooit. Ze wisten dat en zagen het niet. Dank u VRT, ja. Dus ze wisten: hij laat die komen, en we gaan die niet spelen, en we gaan die betalen… dat ging over vijf, zeshonderd frank – ik durf het niet zeggen. Om een pre te hebben, moet je vele keren vijf, zeshonderd frank hebben. Je moet een zekere getrouwheid doen ontstaan van uw correspondent, dat hij dus… En die hoort dat ginder ver toch niet waar hij zit, zelfs in Rome niet, of in Madrid niet, die hoort dat niet of je het speelt thuis, dus… Dus vulde ik maar in, en ik zette daar bij – kan het mooier – ‘reserve’, die gelden nu nog. Misschien kunnen ze vanavond… psychologie speelt een rol ook he.

Dat zijn meer werkrelaties dan journalistiek wat we nu zeggen. Feitelijk wel. Maar toch hoort het er bij, vermits het gaat over of de telex, of een eigen man, dat is ook onze eigen man dan he. En het is gebleken met de jaren dat er sommigen heel knappe gasten geworden zijn. Els De Temmerman was er zo een. En ja – dat zijn schandelijke dingen voor ons – maar dat is iemand die wij niet zo goed kenden, niet wisten ‘is dat waar?’. Die zag overal moordpartijen, slachtingen, bloedbaden, genocides… dat was nog niet uitgevonden. En zij bleek helaas gelijk te hebben. Zij is in het wereldnieuws geraakt via de BBC. Maar wij hebben stukken van haar gespeeld, dat we dachten ‘gewonnen, verloren, zij zit er met haar neus op’, het is geen dom kind, verre van. Als die hier zou zitten, ze zou mij nog wel een en ander doorsteken, met reden. Ons wantrouwen bedoel ik. Ja dat is het, als je… maar dat zijn de gaten in de wereld. Hoe weet jij, hoe weet zij, en hoe weet gij dat zij weet dat er gaan een miljoen vermoord worden in Ruanda? Maar daar verscheen geen woord over he. Misschien in de ‘monde diplomatique’: ‘ça va mal à le Ruanda’. Ca va mal, tant pis. Chez nous, parfois aussi. Ja, kom.

En dingske bij ons, die is er al enkele jaren, die is ook begonnen ook – da’s typisch voor de hoogbejaarden, dat namen niet komen – ze bestaat… Die is ook zo, niet alle dagen eten. Want het free-lance-correspondentschap, ik zeg dat nu allemaal, misschien gaat het ooit bij jou een bevlieging zijn, dat je zegt ‘het comfort de pot op, ik begin in de brousse’. En ge hebt er die dat doen, en die slagen. Maar dan moet je wel overtuigd zijn van uw kunnen. Ik zou het niet gekund hebben, nee. Greet heeft dat in enige mate, Greet Dekeyser. Geen familie hoor, ik doe niet mee aan nepotisme, of doctorisme. Maar allicht ken ik die best omdat zij doet wat ik zolang gedaan heb, ja.

 

· U alludeerde daarnet op het feit dat er wrevel was bij uw bazen, voornamelijk Vandenbussche, als u er op stond om naar Vietnam te gaan. Kunt u daar iets meer over vertellen? (27’40’’ – 28’52’’)

Er op staan, ik heb altijd gezaagd. Wel ja, Actueel was een kritisch programma, en kritisch waart ge voor de Paul als ge voor Amerika en tegen al de anderen waart, punt, zo eenvoudig. Een beetje rechts, sorry, tegenover mij en iedereen. Ik kan niemand noemen bij ons die niet erg kritisch was. En één dag waart ge kritisch voor de enen en de andere dag voor de anderen, maar je mocht alleen kritisch zijn voor de enen… ja, dat lag aan, dat moet ik nu zeggen, dat lag aan leeftijd en vooral politieke gezindheid. Paul is – is, hij leeft nog, hij is in perfecte staat – een heel clevere man, maar dat verhindert u niet om een beetje zot links of rechts te zijn. Dat was niet zo leuk. Maar enfin, hij heeft mij laten gaan, leve de Paul…

 

· … doordat hij onder druk gezet werd door…? (28’54’’ – 31’30’’)

Door mijn bazen die zeiden ‘maar gaan we dat nu allemaal laten passeren zonder dat daar iemand, maar stuurt hem…’ En ik was om allerlei redenen, met Oost-Westbetrekkingen, ge gaat zeggen dat is noch Rusland noch Amerika, maar ze hadden er allebei alles mee te maken. En we hadden geen kinderen. Dat was heel belangrijk voor de verzekering. Daar kun je mee lachen, maar dat waren horribele bedragen – nog altijd hoor, nog horribelder nu – ge moest bellen ‘vandaag probeer ik in de buurt van het front te komen’ en zo werkt dat, en vanaf welk uur, vanaf dat uur zeiden ze op de BRT dan. En de verzekering, en dat ging om honderdduizenden franken, want die moesten als ge omkwam, toch aan uw weduwe, zonder kinderen, toch ettelijke miljoenen afdokken… ja maar, ik wil toch begrip opbrengen voor een verzekeraar, al zijn dat allemaal oplichters, maar ja. Dat is een heikele zaak. Ge kunt u niet verzekeren voor heel de tijd. Ge moet daar wel de consequentie uittrekken he, dat iedereen in zijn handelen van bij zijn vertrek al beperkt is he, je kan niet zeggen ‘ik ga dag en nacht in de war-zone ageren’, vergeet dat, geen baas die dat neemt, terecht. Ge moet zien waar ge wanneer doet, ne keer rondkijken, zeggen ‘boeng’… En ginder ging dat goed, ge pakte een taxi van een of andere maffe type, die lachend en zingend naar het front reed, een taxi, een gewone stadstaxi, en ik had die voor die opdrachten… Hij is achteraf gevlucht, ik heb die teruggevonden in Duitsland. Met een lange brief, en hij zei daar ‘ I go for you to the front, you do in a short while something for me’ en hij was er. Heel vlug, een jaar na de val van het oude regime, pikant.

 

· Behalve die discussie met de bazen, was er ook discussie binnen Actueel over de reportages? (31’45’’ – 33’36’’)

Dat kan ik niet zeggen. Ja, ik als samensteller, zal wel – heb, niet zal wel – heb ooit gezegd tegen ons Lies, Liesbeth Walkiers, ‘zeg, kunt gij ook niet een beetje plaats maken voor de andere kant?’. Ons Lies was een goeie, zeer intelligente, dat moet je er ook bij zeggen, duidelijk linkse – geen communiste, dat kennen wij niet echt in België – maar toch, een overtuigde, strijdend links meisje. En ik probeerde strijdend objectief – wat ook niet bestaat – maar toch… En dat waren mineure botsingen, meer niet, spanningen, dat je zegt ‘er is ook nog een andere kant’. Het kon mij niet schelen dat ze daar kwaad of goed over sprak, da kon haar standpunt alleen maar versterken. Zoiets… dat had geen weerklank buitenhuis of in de krant. Je hebt nu de rellen gezien rond het hoofdredacteurschap van de tv, dat was niet… Nooit iets, wij hebben altijd onze winkel binnenhuis, denk ik, met rede, beredderd. Wij hebben mekaar goed verstaan, ofwel heeft Alzheimer mij al zwaar te pakken, maar ik vind dat, ja.

 

· Het was niet zo dat de radio dan als links nest bestempeld werd? (34’10’’ – 41’36’’)

Dat is voor mij… Ja maar van het ogenblik dat uw baas een poging tot grondige feitenkennis en… als uw baas, soms bazen, kritiek als links, synoniem voor links, beschouwen, dan zijt ge links. Ik denk dat dat vooral van het huis zelf komt. Botsingen à la Maurice Dewilde hebben wij nooit gehad. Wij hebben wel gezegd waar het op stond, ja, ja. De samenstellers waren, als we nu hard willen zijn, allemaal, praktisch allemaal rechtse, daar hadden ze goed over gewaakt. Rechtse qua etiquette, maar niet rechtse qua optreden. Ikzelf, Guido Knapen, Urbaan De Becker… het was heel simpel: als je geen linkse partijkaart had, heel velen waren in dat geval, dan was je rechts, dus… Nee. En wij hebben daar, maar dat ga je horen ook als je met anderen praat, wij hebben… Ik zeg het dus: spanningen ja, botsingen neen, iemand die er vanonder gaat dat ze zeggen hij heeft ontslag genomen want, hij is buitengezet want, maar dat is nooit gebeurd. Nooit, dat is toch vrij goed.

Neem me niet kwalijk, Actueel heeft nog een paar andere dingen uitgezonden dan Vietnam. Ik ben begonnen, euh, mijn eerste opdracht voor Actueel en het nieuws was de mei-revolte in ’68 in Parijs. Ja, je hebt het al door, voor de baas was dat een hele linkse bedoening – dat was ze ook – maar daarom mag je ze toch vertellen, wat zijn we bezig. Er waren – dat is jammer, dat is niet veranderd – in 35 jaar, der waren geen linkse studentenleiders. Tegen wat zouden die in het geweer komen? Dat er niet is, kunt ge toch niet vertellen. Al was De Gaulle, die af en toe zijn mond opendeed, en verdween… als het spannend werd, een hele slimme vent. Al vond Vandenbussche, sorry, ik ga mijn rancunes niet boven halen. Nee, maar dat was ook te links allemaal.

Maar dat is moeilijk de politiek… ik heb drie jaar Noord-Ierland gedaan, en dat ging daar niet goed he. Bloody Sunday, maar even bloody Monday, Tuesday… En wat moest je daar denken: de zogeheten katholieken van Belfast, van Londonderry, van Omah, dat waren bijna allemaal communisten, ja sorry, maar, ge neemt een kleur of een etiquette plak je erop als je je tegen iemand afzet, en de Britten waren zeker niet progressief, de Britse protestanten… Tevlin, zegt u niets, de grote katholieke leidster, dat was een door de wol geverfde rooie, verstandig. Da leert ge ook, wie ook in guerrilla het ver brengt enzovoort. We hebben die met Actueel tot de vrouw van het jaar ooit gekozen, sorry. Ook dat was niet goed. Ik ben… ik heb mijn job niet gekozen omdat ‘t zou zijn, dat was zo. Dat was zeer boeiend. De mensen kregen tien dagen de tijd om de man of de vrouw van het jaar… En dat zou botsen met mijn karakter dat bij te sturen, zullen we zeggen, of manipuleren. En verpletterende meerderheid van de mensen waren in dit land dan zoveel…, het was een katholiek zogezegd, die zegden ‘Bernadette Tevlin’, dus was het Bernadette Tevlin. Die naam is weg nu uit de geschiedenis, ja maar ik lach daar niet mee, ik zeg niet… zo gaat het met alles, het is toch menselijk. Daaraan ziet ge dat ge de geschiedenis van de Golfoorlog, dat zal uw ‘14-’18 zijn, denk ik. Nee nee, wa kunt ge daar… Protest kwam die jaren toch van links, niet van rechts. Waarover zou rechts zich beklaagd hebben, neem me niet kwalijk. Weet je wat die hadden? Dat had allemaal geen botten met godsdienst te maken. Die mensen zaten tot aan hun oren in de armoe, en dan verzet ge u, vind ik toch. Maar ik denk niet, ik heb er van links, van rechts geïnterviewd, maar Bernadette heeft niettemin haar prijs gehad. Veel bloemen. Roger Simons, zegt u iets, wijlen onze correspondent, is die op de BBC gaan overhandigen, en een guerrillaleidster die hoeveel, 100 doden op haar geweten heeft, die begon te snotteren dat zij from the Belgians zo ne vreselijk chique boeket kreet. Daaraan ziet ge dat het leven relatief is. En het was dan nog juist. Driekwart hadden tenminste voor haar gekozen, wie geeft daar nog om? De paus zal dan niet zo… Vandenbussche heeft nooit gezegd dat het voor de paus had moeten zijn, dus maar enfin, ik wil maar zeggen. Ja, dat was een tijd van verzet…

 

· Was er rechtstreeks vanuit de politiek commentaar op de reportages? (42’28’’ – 45’32’’)

Neen, weinig, weinig. Toen, toen, was Actueel een… tot Maurice Dewilde heeft de tv niet veel kritiek geleverd, sorry. Mensen met belangstelling wisten rap het programmaatje te vinden op de radio. Wij hadden met andere woorden grote belangstelling ja. We kregen van het volk grote belangstelling. En onze baas was zowat de enige met kritiek. Buitenshuis neen. Maar ja, Vandenbussche was uiteindelijk onze baas, die mocht het zeggen, hij was daarvoor betaald om zijn gedacht te zeggen, toch minimum dat. En partijen zijn zo dapper niet. Ge denkt toch niet dat de CVP ooit luidop zou gezegd hebben ‘wat een rood nest’. Of dat de partij van de latere meneer De Gucht zou gezegd hebben ‘asjeblieft doe die radio toe’. Die waren slimmer. En de rooien ook niet, die zegden ‘ja rood nest, maar ze hebben dat over het hoofd gezien en dat’. Dat deden die wel eens. Dat was dan nog juist he zeg, met twaalf man, kom. Moesten we alles zien, horen… Wij hadden ook toelevering, da’s waar, vanuit het nieuws. Als hun Wetstrater, dat was rap gebeurd om een interview van vijf, zes minuten te maken nadat gij uw zinneke had voor het nieuws. Dat hing er allemaal vanaf of er nog tijd over was. Dus we hadden meer dan twaalf, laten we eerlijk zijn. Die twaalf waren inderdaad meestal binnenland: Dirk Tieleman, economie, ons Lies, Latijns- en Midden-Amerika, Ecuador – ik moet geen tekening maken – enzovoort. Poppe, Afrika, ik, Bert De Craene, voor Bert De Craene Hugo Morrens het Oostblok, dat was tamelijk mooi verdeeld. Europa, Guido Naets, Europa, dat was geen BRT-er, dat was een free-lanceman, clevere gast.

 

· U zegt dat er veel publieke belangstelling was, maar waren er ook ooit reacties? (45’44’’ – 46’26’’)

Na elke avonduitzending werd er praktisch gebeld, soms door dezelfde zagen, maar ook die hadden vaak ook boeiende opmerkingen. Waarom dit niet, en dat… ja. En ik heb altijd erop gestaan dat we daarop antwoordden. Waren we driekwart later thuis, maar ge gaat niet naar uw werk om naar huis te kunnen. Ja, er werd… de mensen maakten van hun hart geen moordkuil.

 

Transcriptiefiche: interview met Urbaan De Becker op 6 oktober 2003

 

Naam: De Becker

Voornaam: Urbaan

Geboortedatum: 15/03/40

Opleiding: Grieks-Latijnse humaniora (St.-Jan-Berchmanscollege, Brussel)

Loopbaan: 1965-1997 Radiojournalist BRT

 

· Ik zie hier staan 1965. Bent u dan begonnen bij de radionieuwsdienst? (0’01’’ – 1’25’’)

Ja, meteen. 1 april ’65, gewoon op de redactie natuurlijk, daar begint iedereen. Maar op dat moment was Actueel door Leo Rommes, Leo Rommes, ‘in wording’. Je kan het niet anders noemen dan ‘in wording’. De man maakte wat langere interviews, wat langere stukken, en dan was men eigenlijk blij dat er van die jonge generatie, waartoe ik behoorde, met Jan Ceuleers, Paul Geyssels en Jef Coeck – dat was één lichting – dat er mensen waren die men ook al op Actueel meteen al – dat was eigenlijk een, eigenlijk wel een mooie blijk van vertrouwen van de directie, van de hoofdredacteur. Aan de andere kant was dat ook een risico natuurlijk, we waren knullen van vooraan in de twintig jaar, en die zette men dan op een duidingsprogramma, maar dat had toen nog niet de naam duidingsprogramma. Dat was een poging om de achtergrond bij het nieuws te schetsen, om toch wat meer te geven dan dat puur bericht. En daar ben ik dan, ja hoe lang heb ik op de redactie gezeten een jaar of twee, dan ben ik naar Actueel gegaan, dan een tussenperiode van anderhalf jaar Sportredactie, dat gebeurt allemaal, en dan definitief naar Actueel.

 

· In die beginperiode waren dat dan ook heel korte stukjes, of waren die langer? (1’26’’ – 2’56’’)

Neen, dat waren vreemd genoeg langere stukjes, omdat men met zo weinig volk was, mocht iemand langere stukken maken. Ik herinner mij dat ik zelf in het begin de zaak-Ben Barqa in Parijs, dat is een Marokkaans politicus die op bevel van Bufkir vermoord is in Parijs, en dat waren drie stukken van vijf minuten, drie dagen na mekaar. Dus een heel kwartier over Ben Barqa. En ik herinner mij ook nog dat ik naar aanleiding, ik geloof, van het vijfjarig bestaan van de Vietcong als zodanig – om nu toch tot ons onderwerp te komen – dat ik dan vier opeenvolgende bijdragen over de organisatie van de Vietcong heb kunnen maken. Maar dat waren dan dingen van 7, 8 à 10 minuten he. Maar dat was omdat men met zo weinig volk was. Want ge moet u het systeem voorstellen, dat is eigenlijk te gek om los te lopen, Walter Geertz was de eindredacteur, die ging vandaag naar Voeren, maar om, tegen morgen moest er al iets klaar liggen, want hij was vandaag naar Voeren, dus moest hij de dag tevoren al zorgen dat… Daar was eigenlijk een décalage van 48 uur telkens. Dus kort op de bal spelen zat er van geen kanten in. Maar het was een eerste poging om – bijvoorbeeld bij de affaire-Voeren en zo – van daar achtergrond bij te geven. Dat hebben we ook voor Vietnam geprobeerd, maar was heel moeilijk.

 

· En op welke manier kwamen die reportages tot stand? Wie besliste wie wat deed? (2’57’’ – 6’14’’)

Ja, daar was een enorm verschil tussen binnen- en buitenland he. Er was toen weinig geld, weinig volk, dus een buitenlandse reis was heel uitzonderlijk. Binnenland ja toch, ik herinner mij mijnstakingen en zo, daar werden dan mensen, één, met een bandopnemerke, naar toegestuurd. Buitenland werkten wij met correspondenten. En daar hadden wij niet veel keuze, omdat de norm was – terecht, terecht – het moesten beroepsjournalisten zijn, dus niet zomaar iemand van de ambassade of zo, neen, het moesten beroepsjournalisten zijn. Zij moesten daar verblijven, niet toevallig eens een tussenman, ze moesten daar verblijven. En dan kwamen wij altijd bij Nederlanders terecht. Nu, dat is geen bezwaar op zich, maar er waren dus, op Roger Simons na, geen enkele Vlaamse correspondent in het buitenland. Voor het buitenland moesten wij een beroep doen op correspondenten, maar dat was een systeem… je kende die mensen ook niet, hadden die connecties met god weet wie? Een paar keer zijn we in correspondenten zwaar ontgoocheld geweest, natuurlijk, omdat dat onbetrouwbare figuren bleken te zijn. Voor het buitenland was dat heel moeilijk. Wij – de reportages van Actueel he, ik heb het nu niet over de nieuwsberichtgeving als dusdanig – dat was moeilijk omdat… wie kende de achtergronden, wie kon dat verwoorden, wie kon dat in het Nederlands verwoorden, met wie konden we een interview doen? Dus wij gingen eigenlijk nog vaak af op buitenlandse kwaliteitskranten: de Frankfurter, Le Monde, de Zürich en dat soort dingen. En dan, ja ge kunt zeggen dan vertaalden wij dat eigenlijk. Wij vertaalden dat en probeerden daar min of meer een beeld van te krijgen maar ik heb daar nu grote twijfels bij wat wij toen daar allemaal verteld hebben hoor. Het kwam voor een deel neer op vertalen van buitenlandse kranten voor het Vlaamse publiek.

Omdat vóór Dekeyser was er niemand van ons ooit naar Vietnam geweest. Dat was te ver, dat was te moeilijk. Bovendien is oorlogsverslaggeving altijd een probleem op zich: wie wil er gaan, hoe moet dat, die verzekering wat weet ik allemaal. En een gevolg daarvan was, en dat heeft Miel ook gedaan, hij kon niet anders, een gevolg daarvan was dat je dus met de Amerikanen – je hebt het nu gezien in Irak ‘embedded’ – dat had toen die naam niet, maar het kwam erop neer. Je ging dus met de Amerikanen, en al die journalisten dan één dag eens naar ‘het front’ – het front, was dat dan de vuurlinie, ik weet het niet – die waren natuurlijk de koning te rijk. Wij zaten hier op ons bureau in Elsene, telexen te lezen, buitenlandse kranten te lezen, en dan was er toch iemand die – in casu Dekeyser of wie dan ook – iemand die toch ne keer tot het front geweest was. Ja, dat was een held he, dat was een held. Die had kogels gehoord.

 

· Wie besliste, voor Actueel dan, welke reportages voor die dag aan bod kwamen? (6’15’’ – 7’47’’)

Dat was de eindredacteur, die viel nog onder de hoofdredacteur, was de eindredacteur. En in die periode was dat vooral Goossens, of all people, kort nadien Knapen. Goossens, ja, Cas Goossens. Maar dat waren voor de hand liggende beslissingen he. Wij waren met weinig mensen, dus je had niet zoveel overschot. Ik heb, toen ik eindredacteur van Actueel was, de periode beleefd – en dat is leuk maar moeilijk – dat je echt moest kiezen, welke onderwerpen nemen wij vandaag? En dan bouwde je een soort reserve in, zodanig dat je op het moment van de uitzending had je vijf of zes bijdragen, en dan moesten er daarvan twee sneuvelen. Dus dat is prettig dat je keuze hebt, dat je bijna ex cathedra kunt beslissen: dat en dat en dat. Maar dan moet je tegen twee mensen zeggen: jullie bijdrage niet. En dat is pijnlijk eigenlijk. Tenzij iemand zegt ja ik zal u een reserve, dat bestond ook dat iemand zegt ik zal u een reservebijdrage maken. Als je ze niet uitzendt, is het ook goed. Maar de meeste mensen willen natuurlijk waar ze dan aan gewerkt hebben… Maar dat was in die tijd niet het geval. Wij waren blij dat we het gevuld kregen, we waren blij dat we onze uitzendingen gevuld kregen. Vandaar ook het feit dat dat 5, 6 minuten mocht uitlopen.

 

· Maar Actueel was nog altijd een half uur, of was dat soms een uur? (7’48’’ – 8’42’’)

Nee nee, ja de weekendeditie gehad, dat was ’s zaterdags, dat liep een uur. Ja, ook een grote nieuwigheid, mochten de luisteraars bellen zeg. Wij in de zevende hemel! Maar nu vraag je me wat, ja wat was in het begin een Actueel-uitzending, ja toch een kwartier, twintig minuten misschien, direct na het nieuws. Het principe is altijd geweest, en dat is een goed principe, de hoofdpunten worden geduid in het magazine Actueel. Dus wij geven uitleg bij de hoofdpunten van het nieuws, zo simpel is het eigenlijk. Maar in de praktijk ja…

 

· Dus u zei daarnet al van die buitenlandse kranten, maar waren er daarnaast nog andere bronnen, behalve die kranten? (8’43’’ – 10’28’’)

Ja natuurlijk, de persagentschappen he. Wij hadden er vijf als ik mij goed herinner: Belga, Reuter, AFP, United Press en Associated Press, ja wij hadden er vijf ja. Dus ge ziet dat het Amerikaanse overwicht in het geval dat ons nu bezighoudt – Vietnam – zie je dus meteen die scheeftrekking van… Reuter is ook ja… Dus United Press en Associated Press, dat waren onze grote bronnen voor Vietnam.

Ik moet daar bij zeggen, dat is zeer opmerkelijk, dat onze redactiesecretarissen een paar keer gezegd hebben – een paar keer, nee, geregeld zeiden ‘als het om Vietnam gaat, neem dan Reuter, dat is geen betrokken partij’. Dus je had Associated, United, maar ook Agence France Presse, maar ja in de geest van die mensen, en dat was ook zo, was Frankrijk nog maar tien jaar weg uit Vietnam. Berichtgeving over Vietnam van AFP, dat was ook louche he, die stonden dus helemaal aan de kant van de Amerikanen natuurlijk he. Vandaar dat ettelijke redactiesecretarissen, die dus verantwoordelijkheid hadden voor het nieuws, dat die zeiden ‘neem Reuter, neem de Engelsen, de Engelsen zijn…’. Pas op, als het dan om een Britse kolonie ging, dan gold het andere axioma he: Reuter is niet te betrouwen als het om Zimbabwe gaat, zo dus ja. Dat zijn van die journalistieke reflexen die je hebt. Maar we hadden dus, ja dat waren de bronnen.

 

· Dus regeringsmededelingen van Verenigde Staten of België i.v.m. Vietnam werd bericht maar verder niet becommentarieerd? (10’29’’ – 11’56’’)

Speeches van de president, jawel jawel. Maar je weet ook wat presidentiële speeches zijn, uitspraken van de koning of zo. Maar jawel, want het kon goed zijn, als ik het mij goed herinner heeft Johnson toch de stopzetting van de bombardementen op Noord-Vietnam aangekondigd ja? Dat heeft men hem blijkbaar laten zeggen, dat mocht hij zeggen. Dat is nieuws natuurlijk, dat is nieuws. Dat waren ook bronnen natuurlijk, maar dat kwam dan bij ons via de telexen. Nu zou je dat allemaal op CNN rechtstreeks zien natuurlijk, maar toen niet. De president hield in Washington zijn speech, en de persagentschappen brachten daar verslag over uit, en vermits wij maar radio waren, moesten wij geen prentjes hebben… een flardje klank, een zinnetje van Johnson, en we waren de koning te rijk. Zo was dat, echt primitief zo.

 

· Was dat uit ervaring dat u dan wist welke bronnen u kon betrouwen, of speelden andere zaken een rol? (11’57’’ – 15’39’’)

Ja, uit ervaring, ook ja, maar toch in dit geval – ik heb het net gezegd – het feit dat de Amerikanen betrokken partij waren, dat de Fransen betrokken partij geweest waren, dat zet een goed journalist aan tot enige terughoudendheid, tot enig scepticisme. Maar ook ervaring, dus wij hebben, ik weet niet zoveel jaar nadien, United Press laten vallen, omdat wij die mensen niet objectief waren, te partijdig waren. United Press was bijna een spreekbuis voor de Amerikaanse regering. Associated niet zo, maar United was…, dat je zegt ‘dit kan toch niet’. Die hebben we laten vallen.

Ja, ervaring, en toch ook een politieke geo-, ja een geopolitiek eigenlijk. Dat je dat weet, als TASS – maar TASS hadden wij dus niet – als TASS over binnenlandse Russische aangelegenheden berichtte, ja dan moest je zeggen ‘zou het wel waar zijn?’, want we hadden geen klankbord he, we hadden geen controlemogelijkheid. Dat was trouwens één van de grote punten van Paul Vandenbussche ‘over Rusland zeggen jullie nooit wat’. Ik bedoel… we moesten zelfs met Belga opletten, zelfs met Belga moest je opletten als het over binnenlandse toestanden gaat. Je moet dat beter checken, meer in het oog houden dan… En dat is zo, dat is zo van die journalistieke feiten ja.

Dat is niet dat die gecontroleerd werden, dat is vatbaarder voor beïnvloeding, voor ja ik weet niet misschien zelfs persoonlijke sympathieën van de redacteur van dat moment, allerhande invloeden die op binnenlands gebied, op eigen terrein spelen, en waar je misschien onbewust, onbewust aan toegeeft. Zo is dat. Een persconferentie van de Eerste Minister, dat is groot nieuws he, en dan tot waar gaat dat gamma? Die actiegroep, dat communiqué, neemt Belga dat op of niet? Weet niet, misschien gooien ze het weg, waarom gooien ze het weg? Omdat het niet belangrijk genoeg is, ja maar daar gaat de discussie natuurlijk. Omdat het niet belangrijk genoeg is, omdat ze niet met genoeg zijn. Als een persagentschap bericht over zijn eigen land, dan moet je dat proberen te controleren, op zijn exactheid, op zijn belang ook. Meer op zijn belang dan op zijn exactheid, want het zal wel juist zijn, als voor ons een persconferentie, en Belga brengt daar verslag over uit, dan zullen die wel exact zeggen, maar is het wel zo belangrijk? Is het de moeite waard? Dat is eigenlijk… En in Vietnam zaten we helemaal, maar enfin ik ben nu misschien aan het anticiperen, maar in Vietnam zaten we dus helemaal klem, omdat er dus dagelijks, dagelijks – letterlijk – was er een briefing van het Amerikaanse opperbevel. En die vertelden dan wat er gebeurd was de voorbije dag he. Is dat waar wat die vertellen, kon, geen mens kon dat nagaan. En we hebben dus, op het einde van de oorlog in Vietnam, en ook al ten tijde van de conferentie, van de vredesconferentie, hebben we vastgesteld dat het niet waar was wat ze vertelden.

 

· Hoe kwam u daar achter, via bronnen in Noord-Vietnam? (15’40’’ – 19’17’’)

Neen, eigenlijk als je de zaken tot hun essentie herleid, hebben we dat pas vastgesteld toen ze aan de helikopter hingen in Saigon. Als je de zaken tot hun essentie herleid, we hebben al jaren soms wel twijfels gehad, omdat we dan toch ook soms schetsen kregen, situatieschetsen van de frontlijnen in Vietnam, en vermits volgens het Amerikaans opperbevel de Amerikanen almaar wonnen, zag je soms – en ik kende toen de geografie van Vietnam bijna van buiten – dat je ziet maar die zijn daar toch wat opgeschoven, de Noord-Vietnamezen. Dus je had wel twijfels, maar je kon die niet bewijzen, je kon die niet bewijzen. En tot, tot zeg een maand voor de ineenstorting in Saigon in ’75 hebben wij verteld dat de Amerikanen aan het winnen waren. Dat is pas, ik zeg het nu heel plastisch, toen ze aan de helikopter hingen in Saigon, dat wij vastgesteld hebben ’t is niet waar, ze waren niet aan het winnen, ze waren aan het liegen. Die vredesconferentie in Parijs heeft wel een rol gespeeld, het feit dat de Amerikanen willen onderhandelen, dat heeft ons toen aan het denken gezet, dat je zegt ‘het moet daar toch niet zo goed gaan’. Maar wij hadden… er was het Chinese persagentschap, Chinois. Tja, wij keken daar naar, maar dat werd dan geciteerd in de telexen, de agentschappen die wij hadden citeerden dan soms ne keer Chinois. Chinois zei dat de anderen wonnen. Zou dat waar zijn, zou dat niet waar zijn? Wij hadden slechte ervaringen met de Chinese Culturele Revolutie, waar dus Chinese persagentschappen gelogen hebben, was niet waar wat die vertelden, maar het was wel waar, mensen geëxecuteerd, gearresteerd, en wat weet ik allemaal. En het ging heel goed in China, die Culturele Revolutie dat was een succes, was niet waar.

En dat zet u aan het denken, maar vreemd genoeg, en dat was terecht dat wij zeiden dat dat niet waar was, maar de andere reflex tegenover de Amerikanen die hebben wij nooit gemaakt, dat je zegt ‘zou het wel waar zijn wat Westmoreland verteld?’. Die hebben wij nooit gehad neen, en die mochten wij eigenlijk van hogerhand, die mochten wij eigenlijk ook niet hebben neen. Ja, wat de Amerikanen vertelden, ’t is tenslotte dertig jaar geleden, het is hoeveel, goed 20-25 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, waar de Amerikanen op een pied-de-stal… Ze hebben ons bevrijd, zeg wat je wil, maar ze hebben ons bevrijd, en ja daar was nog die – hoe moet je dat nu noemen – dat respect, die eerbied voor de Amerikanen, en het geloof ook in de persvrijheid in Amerika, en dat die de waarheid vertelden, tot wanneer in Amerika zelf de vredesbeweging op gang gekomen was, de protesten tegen de Vietnamoorlog en zo. En daar wisten wij niet goed, daar wisten wij op de redactie niet goed wat mee te doen met die protesten. De Amerikanen trouwens ook, keken daar naar Berkeley, de studenten in opstand tegen de oorlog in Vietnam, wij zaten daar naar te kijken, wisten niet wat we daarvan moesten denken.

 

· Er was ook geen reflex om dat dieper uit te spitten, twijfels bij te plaatsen? (19’18’’ – 21’54’’)

Neen, nee, het was ook zeer moeilijk, die twijfels controleren en zo, maar neen. Dat hoefde niet, ik denk dat dat nog de nasleep van de Tweede Wereldoorlog was. De Amerikanen waren ‘de goeden’, en ja de Chinezen waren ‘de slechten’. Maar je zat daar met die Noord-Vietnamezen, mijn God wat was dat voor een volk. Wij wisten daar niets over, Noord-Vietnam, Ho-Chi-Minh, dat was een communist, Ho-Chi-Minh was een communist, maar wij wisten daar niets van. En in Zuid-Vietnam had je dan Ngo-Dinh-Diem natuurlijk, dat was dan een katholieke premier. Die neiging van West-Europa om bijvoorbeeld een katholieke premier te respecteren, ja die was aanwezig. Die was ook bij de directie aanwezig. En het is dus telkens tot de echte afstraffing, de logenstraffing moeten komen vooraleer wij beseften dat het verkeerd was, ze hebben echt Ngo-Dinh-Diem moeten afzetten. En toen Ngo-Dinh-Diem afgezet werd, onder luid volksprotest, dan begonnen wij na te denken ‘zou het wel allemaal?’. Maar we hadden dus heel weinig speelruimte, zeer weinig bronnen ook. De Amerikaanse pers, en de Amerikaanse legerbronnen ook in Vietnam, die overheersten alles. Ofwel moest je zelf gaan, en dan nog, ik zeg het, dan waren de journalisten ‘embedded’ door de Amerikanen. Je kon, op uitzonderingen na, maar dat waren inderdaad heel goeie journalisten, een paar typen die naar Hanoï trokken, maar die waren zo zeldzaam. Welke journalist trok naar Hanoï? En die werden dan meteen ook van een soort sympathie bedacht, en daar was ook iets van, daar was ook iets van. Wie echt, laat ons zeggen Amerikaans-gezind was die kreeg geen kans om naar Hanoï te trekken. Het visum werd gewoon geweigerd, dus wie geraakte in Hanoï? Fellow-travelers van de Noord-Vietnamezen, van de communisten, en per definitie ging je die wantrouwen, ja zeker. Het is ingewikkeld hoor, het is ingewikkeld.

 

· U zei daarnet vier reportages maakte over de Vietcong. Hoe kwam u aan die informatie? (21’55’’ – 23’17’’)

Weer van bij buitenlandse kranten, kranten als Le Monde en zo die deden wel de moeite om te zeggen wie de Vietcong was, hoe het ineen stak, hoe die gegroeid waren. Een organigram, die deden dat. Ik heb dat uit Le Monde afgeschreven denk ik. Die deden die moeite wel. Maar dat was, ik zou bijna zeggen academisch, dat was heel goed gemaakt, daar niet van, maar dat was academisch. Dat was goed, ik ben blij dat ik dat mogen maken heb, maar ja de werkelijkheid op het veld was natuurlijk veel ruwer, veel brutaler, van twee kanten natuurlijk: met napalm, met die tunnels en wat weet ik niet allemaal. Die kregen wij eigenlijk niet te pakken die werkelijkheid. Nu zou dat, zou dat nu anders zijn? Ik weet het niet, in ieder geval in Irak, is dat anders geweest? Moeilijke vraag he? Journalisten die meegingen, waren altijd met de Amerikanen. Het probleem blijft in wezen precies hetzelfde: wie kan daar ongebonden, neutraal op dat slagveld gaan staan? Niemand natuurlijk, dan word je afgeschoten. Het is heel moeilijk hoor, oorlogsverslaggeving.

 

· U zei net dat er vanuit de directie een reflex was om voor katholieke premier…? (23’18’’ – 26’42’’)

Katholieke premier… Westers… Westers, NATO, Noord-Atlantisch Bondgenootschap, Westers ja.

Die druk was achteraf, achteraf werd er dan kritiek uitgeoefend, kreeg je dan een nota en zo, maar ja wij gaven zo weinig over die anderen, maar het bestond vooral in de mentaliteit. Dus de BRT, en België was lid van de NATO, was lid van het Atlantisch Pact, maakte deel uit van de Westerse, culturele, militaire, economische wereld, ja je hebt het nu ook beleefd he, met de oorlog in Irak. Wij maakten ietwat opmerkingen, en Amerika was boos. Wie zegt dat Ford Genk geen gevolg was van… Ik weet het niet, maar… Die mentaliteit heerste, en de directie kon die wel, ja zonder veel druk, opleggen. Je protesteerde niet, of je stelde niet in vraag het belang van het Westers bondgenootschap, van het Atlantisch Pact en zo, dat was tegen de Russen, tegen de communisten bij uitbreiding dus ook tegen Noord-Vietnam, ook tegen China. Je werd verondersteld door Paul Vandenbussche van het daar mee eens te zijn, je werd verondersteld om het daar mee eens te zijn. Telkens als hij merkte dat iemand het daar niet eens mee was, dan kreeg je een nota. Jef Coeck was de man van de Palestijnen, enfin ik zeg dat nu zo lapidair, maar Jef Coeck was toen al voor de Palestijnen, en die heeft dus op zijn kop gekregen. Je moest dus eigenlijk sympathie hebben voor dat Israëlische volk dat zich in ’47 van niets had opgewerkt tot, met irrigatiewerken en zo verder, het hele plaatje van zie eens welk welvarend land Israël geworden is dankzij de werkkracht van zijn mensen, het realisme van zijn volk, dat primeerde bij Vandenbussche, dat drong hij op, dat drong hij op. Telkens als er een – en hij heeft daar veel last mee gehad, en wij ook – een opstandige beweging was in Latijns-Amerika, Guatemala, Nicaragua enzovoort, daar had hij dus enorm veel last mee, die man. Chili, dat was een drama voor die man. Ja, hij wilde dat de BRT, binnen België en West-Europa en zo, dat dat dus in die, in die sfeer meebaadde, en meeging gewoon, onder de paraplu van de Amerikanen. Als de Amerikanen het nodig vonden van in Vietnam in te grijpen, dan moesten wij daar het nodige begrip voor opbrengen. Ja, da’s ongeveer de mentaliteit. En wie daar zwaar van afweek, die kreeg een nota. Dit of dat, en dat gaat toch niet. Hij was daar ook niet tot dialoog, kon geen dialoog met die man daarover gevoerd worden, daarover kon met die man geen dialoog gevoerd worden. Hij wou niet.

 

· En hoe stond de Actueel-redactie daar tegenover? (26’43’’ – 29’28’’)

Regelmatig waren er botsingen natuurlijk, ja. Hing ook van de eindredacteur af he, dat is zoals altijd in ’t leven, en op alle gebied: er waren moedige mensen, en er waren niet-moedige mensen. En de niet-moedige mensen die bogen voor Vandenbussche, die bleven dus braaf de gewenste versie verspreiden. En de moedige mensen die kwamen in opstand, die zeiden dat er ook nog andere versies waren, dat bijvoorbeeld die studenten in Amerika en zo… Ja, en dan probeerden die toch wat door te drukken he, toch wat ook eens aan het woord te laten, al was het maar door een liedje van John Byas of Bob Dylan te laten horen, dat was dan ook al een teken van… Ja, pogingen, pogingen om dat te doorbreken. Pas op, dat was niet alleen Vandenbussche he, dat was het hele Belgische bestel, en uiteindelijk kwam je in die grote context terecht van mei ’68. Je had dus die gevestigde Belgische – ook in Vlaanderen – Belgische establishment dat het over alles eens was en zo. Dan komt daar een generatie jonge rebellen met haar tot daar, die dragen geen das meer, die hebben zo een rolkraag aan, en die botsing deed zich ook voor op het gebied van de nieuwsberichtgeving. Zeker over Vietnam, omdat dat ideologisch gekleurd was he. Ook in het binnenland, maar de ideologische pijnpunten die kon je dus zo, ja… Midden-Oosten, toen al, Palestina, Vietnam, en die ene keer dan in Chili natuurlijk, dat waren de ideologische punten waar het over ging. En Vandenbussche had daar geen ervaring mee, tevoren was dat alleen in België gebeurd op de klassieke, de klassieke punten: de Schoolstrijd, de Koningskwestie, daar was hij in thuis, dat wist hij dat daar botsingen konden gebeuren, de socialisten tegen de katholieken, dat was zo duidelijk als wat. Maar in het buitenland, ja – wij ook, wij ook, de journalisten zelf en ook de progressieve journalisten en zo, hadden daar moeite mee, je moest zoeken he. Hoe zit dat daar nu, wie spreekt er daar, werd een beetje onder druk gezet door de directie. Je zocht naar andere bronnen, je vond die niet, of die waren niet betrouwbaar. Dat was ingewikkeld. We deden ons best.

 

· En was er binnen de Actueel-redactie soms discussie over bepaalde standpunten? (29’29’’ – 32’58’’)

Ja, ja, ja, ja, ja dus. Dat kan niet wat jij daar zegt – oh dat is zo – nee dat kan niet – ja, ja dat gebeurde. Nog eens, dan was het de eindredacteur die besliste of het wel of niet uitgezonden werd, en dan werd er wel eens gemokt. Dan was het ruzie. We hadden twee richtingen toen he, dat was wel boeiend hoor. Soms werd het verwijt geuit dat men door de knieën gegaan was voor de directie – ‘jij bent een slaafje van de directie’ – maar ook naar de andere kant – ‘jij gelooft teveel wat de Vietcong vertelt’ – dat is ook het geval hoor, je moet niet allemaal geloven wat die mannen in hun pyjamaatjes vertellen, dat gebeurde ook. Dat was wel boeiend, maar ja die discussie, ja, ja, die was er. Chili ook.

Die inhoudelijke discussie, maar wie tegen wie, mijn God, daar zijn al een aantal mensen van dood, dat heeft niet veel belang. De progressieven tegen de conservatieven, noem het zo. Dat is niet zo simpel, maar daar kwam het toch op neer. Het was vaak een generatiekwestie, hoewel ik geen kwaad spreek van onze oudere redactiesecretarissen, die mensen keken bevreemd aan tegen wat daar aan de hand was. Zij hadden tot dan toe een wereldbeeld gehad dat duidelijk was: de Westerse wereld, de communistische wereld, zeker na de bouw van de muur in Berlijn was dat beeld van hen nog bevestigd en versterkt, ‘ziet wel, de DDR’. En dat wereldbeeld dat ging ineens, dat begon dan te wankelen, daar hadden ze enorm veel last mee. En toen dus – ja, noem het een generatiekwestie – toen de jongere generatie, als die zag dat zij begonnen te wankelen, dan pousseerden zij nog meer. Opzettelijk, ik heb daar ook aan meegedaan. Dat was niet tegen die mensen natuurlijk. Maar eindelijk komt er een barst in hun verstard wereldbeeld. Eindelijk kunnen we misschien een paar nieuwe ideeën, zien ze dat nu niet dat er iets aan het veranderen is. Dat was de botsing, dat was de botsing. Wij overdreven ook, natuurlijk, dat is zo. Bij een ideologische botsing is dat zo, wij overdrijven ook, wij trokken dus partij voor de Vietcong, wij wisten wij bij God niet hoe dat dat concreet zat, ja, ja. Dat was zo ongeveer… Toch kwamen wij overeen hoor, toch maakten wij uitzendingen. Ieder zwakte dan op het einde weer wat af omdat je nu eenmaal ’s avonds een uitzending moet hebben he, ja dan werd er nu en dan een paragraaf geschrapt of zoiets, zo gaat dat.

 

· Als u zegt dat Vandenbussche af en toe dwars lag, was hij de enige van het bestuur? (32’59’’ – 35’34’’)

Hij verwoordde die, ik denk dat in de Raad van Bestuur – waar de CVP toen nog veel sterker vertegenwoordigd was – ik denk dat daar wel geregeld opmerkingen waren, maar hij verwoordde die. Wij hadden geen contact, journalisten hadden geen contact, werden verondersteld van geen contact te hebben – als dat gebeurde was dat eigenlijk niet fair – wij hadden geen contact met leden van de Raad. Ik denk dat daar ook geregeld ongenoegen werd geuit, en hij verwoordde dat dan. En dat kon op vele manieren, dat kon met een brave nota zijn, dat kon met een boze nota zijn, en dat kon met een gruwelijke telefoon zijn, en dat kon met ‘kom direct naar mijn bureau’. Er waren verscheidene manieren, het laatste was ’t ergste, je werd dan uitgekafferd van boven tot onder. En Vandenbussche was dus iemand – en er waren mensen die daar moeite mee hadden – Vandenbussche was iemand die een kwartier schold, en nadien was hij dat vergeten. Dat is karakterieel gewoon, dat is karakterieel. Dan scheldt hij u de huid vol, en de dag nadien was hij dat vergeten. Er zijn mensen die daar last mee hebben, natuurlijk, die zeggen ‘ik verdien dit niet van zo uitgescholden te worden, laat ons een discussiëren’. Maar op dat moment, als hij gezegd had ‘kom naar mijn bureau’, dan was er geen discussiëren aan, hij had gelijk en zo moest het, en de wereld ging ineenstorten als we allemaal zo communist bleven. Dat waren zijn topmomenten, van die beroemde… Soms maakte hij nota’s, en dan moest je antwoorden. Want als je na twee dagen niet geantwoord had, dan vroeg hij waar uw antwoord gebleven was. Dan moest je, tussen uw gewoon werk door, zitten vroeten op een antwoord aan Vandenbussche omdat je ergens iets gezegd had dat hem niet beviel, en dat misschien inderdaad niet honderd procent koosjer was. Dagen zitten vroeten aan een antwoord, en dan kreeg je een tegenantwoord natuurlijk, van ‘uw uitleg bevredigt mij niet’. Ja, ja dat waren de grote ideologische momenten, ja. Ja, hij was zo, hij is zo, hij is nog altijd zo: het Atlantisch Pact, een atlantist… Tindemans, Vandenbussche en Tindemans, dat zijn boegfiguren zo u wil.

 

· Kwam dat vanuit de politiek of was dat persoonlijk karakter? (35’35’’ – 37’00’’)

Het was vooral persoonlijk. Hij was natuurlijk tamelijk bevriend met de CVP, maar ik zeg niet dat Vandenbussche de uitvoerder was van orders van de CVP, nee dat zeg ik niet, nee dat zeg ik niet. Hij was wel door de CVP benoemd, hij had daar connecties, maar het was ideologisch. Hij was Westers gezind, tot en met. En ik zeg ook niet conservatief, ik zeg ook niet rechts, nee, hét woord dat opgaat voor Vandenbussche is ‘Westers’. Westers, cultureel, economisch, militair, sociaal, hij was zeer Westers gezind. En al dat volkske daar in het Oosten, ook voor Afrika en Zuid-Amerika had hij eigenlijk minachting. Ik zeg niet dat dat rechts is of conservatief is – ja, het komt er misschien op neer – hij was vooral een echt westerse mens. Ook in zijn houding, manier van doen, van kleden – hij was altijd opgekleed. Ja, een westerse mens die dus neerkeek – neerkeek, ja zo mag je het zeggen – op al wat niet-Westers was, ook op ontwikkelingshulp en zo, dat was voor hem allemaal minderwaardig.

 

· Is er ooit rechtstreekse reactie geweest van de politiek op een of andere Actueel-reportage? (37’01’’ – 42’25’’)

Nu vraag je me wat, dat zal Miel beter weten, dat zal Miel beter weten. Rechtstreeks van de politiek, of het zo rechtstreeks ging, dat weet ik niet. Ik denk dat het altijd langs Vandenbussche passeerde. De CVP was toen aan de macht, en had in Vandenbussche de gedroomde spreekbuis – maar spreekbuis is een lelijk woord, hij was, hij was niet ‘la voix de son maître’, nee nee, dat zeg ik niet. Maar als de CVP in de Raad van Beheer kloeg, ja dan bracht Vandenbussche dat over, ja. Maar of er nu rechtstreeks, nu vraag je me wat, rechtstreeks van de politiek over Vietnam…

Er was wel onvrede, en dat is de oorzaak ervan dat Tindemans eind de jaren ’70 en begin jaren ’80 altijd gedreigd heeft met dat ‘zwartboek’, hij ging een zwartboek uitbrengen tegen de VRT met van alles in. Daar is nooit wat van gekomen, maar die onvrede leefde wel. Maar die onvrede leefde niet alleen in de politiek, leefde niet alleen bij de CVP, die onvrede leefde bij de hele, ja zeg dan maar conservatieve, conservatieve vleugel van de maatschappij. Die hadden groot wantrouwen, en schrik van wat aan het gebeuren was, eind van de jaren ’60, begin van de jaren… ‘Wat is dat allemaal, wat doen die allemaal, die studenten?’ Ja, je hebt de splitsing van de universiteit dan gehad in Leuven en zo, dat speelde allemaal mee, de bisschoppen die verloren, voor het eerst in hun bestaan, een nederlaag leden. In ’75 de Amerikanen die moeten vluchten uit Saigon, wat gebeurt daar allemaal? Dus de gevestigde waarden kregen daar ineens een paar deuken te incasseren waar, ja dat establishment vreemd naar keek, wat gebeurt er nu allemaal? Die jeugd, is die zo stom, is die zo links, communistisch – daar gaan we weer he – is die communist? Ja dat was eigenlijk de sfeer ja. Als je me nu vraagt, heeft de politiek… Ik heb in elk geval nooit – laat mij eens denken – nee, tja, ik heb nooit rechtstreeks telefoon van politici gehad. Ja, een keer, van Jan Verhoken, maar dat was heel vriendelijk. Een stuk van de A8, de autoweg die door het Pajottenland en Oost-Vlaanderen zou moeten lopen, en toen belde Jan Verhoken – hoogst uitzonderlijk – een heel vriendelijk gesprek, we zijn het niet eens geraakt, maar voor de rest, nee dat deden politici niet, die werkten via de Raad van Bestuur he. Daar hadden zij hun afgevaardigde. Janssen en Smouten en wie weet ik allemaal, enfin de CVP-verkozenen he. En de anderen ook ze, de socialisten en de liberalen, die werkten ook via hun afgevaardigde. Maar niemand durfde, niemand durfde echt eisen dat we dus anti-Amerikaanse standpunten innamen, dat durfden ook de socialisten niet, zo waren ze niet. Dat was de kern van Vietnam, van het Vietnam-conflict natuurlijk: durfde de pers hier, durfde die ook de echt anti-Amerikaanse groepen en zo aan het woord te laten? Neen, want wij kenden die niet, we wisten niet wat die waard waren, we wisten niet of die de waarheid spreken. Daarom zeg ik er meteen bij: we vroegen ons nooit af, die vragen stelden wij ons nooit voor de Amerikanen. Als general Westmoreland zijn persconferentie gaf in Saigon, dan noteerden wij ijverig, en dan gaven wij dat weer. En dikwijls was dat dus niet waar. Het blijft een traumaatje van mij, ik weet, ik weet dat ik toen gelogen heb. Niet bewust he, niet opzettelijk natuurlijk niet, maar achteraf heb ik geconstateerd dat ik in mijn berichtgeving toen gelogen heb, en dat blijft voor een journalist een traumaatje, dat had ik niet mogen doen, ik had meer mijn best moeten doen om de waarheid te weten te komen. Maar ja, het kon niet door omstandigheden, je geraakte niet bij de echte waarheid, dat dus de Vietcong aan het winnen was op het einde, ja dat wisten wij niet. Zelfs in ’73 bij de grote terugtrekkingen van Amerikaanse troepen. De vredesconferentie wel, die gaf ons een, ja, die gaf ons te denken: ‘oei oei, ze onderhandelen’. Ze hebben dan hoeveel weken over de vorm van de tafel gedaan, de ronde of de ovalen, ja daar hielden we ons dan wel mee bezig. Eigenlijk was dat belachelijk, maar ja, dat was nu eenmaal zo. Maar zelfs toen, nee, dat waren altijd victoriebulletins vanuit Saigon. En soms, ja dan zei je ‘tiens als ze nu daar zitten, de Noord-Vietnamezen, dan zijn die toch wel wat opgeschoven?’, maar daar bleef het bij, daar bleef het bij, ja. Ik schaam me daar een beetje voor, maar het was zo.

 

· Op die vredesconferentie in Parijs, heeft u daar ooit contact gezocht met de andere zijde? (42’26’’ – 48’10’’)

Maar nee, ik geloof het toch niet, is Miel daar geweest? Jan Drummen was daar, ja maar, Jan Drummen, heel lieve man, maar neem me niet kwalijk, weet u wat die geweest was? Die was dus in het Franse leger oorlogsvlieger in Indochina geweest. Tja, daarmee is ongeveer alles gezegd zeker. Die had dus met Franse vliegtuigen Indochina gebombardeerd. Die was dus nogal, nogal Westers gezind. Nee, ook niet. Dat betreur ik dus ook allemaal he, dat. In Parijs zaten ze, waren daar, spreek ze aan. Neen, neen dat gebeurde niet. Wie was dat weer? Le Duc Tho he, toponderhandelaar. Waarom? Dat is, dat is een eindwerk voor de vakgroep Psychologie. Waarom spraken wij die mensen niet aan, waarom gingen wij… Er kan een reden zijn, dat is dat ze ontoegankelijk waren, dat zou kunnen, dat zou kunnen. Communistische leiders zijn vaak ontoegankelijk geweest, je kon daar niet zo maar naar bellen. In het Westen is het ook niet zo, maar toch, als je aandringt, via de persdienst enzovoort enzovoort, dan heb je kans om er bij te geraken. Bij communisten is dat veel, veel moeilijker he. Kon je Erich Honegger als Westerling, Breznjev, geraakte je daar ooit bij? Moeilijke vraag he. Dus ik weet niet of, die beleefden natuurlijk een triomf die Noord-Vietnamese delegatie, maar toch denk ik dat serieuze kranten, dat die daar bij gingen. Ik weet er niet veel meer over, toch denk ik dat die daar bij gingen. Kan bijna niet anders, die moest toch iets zeggen, Le Duc Tho.

Dat blijft de grote vraag, Pieter, waarom gingen wij niet naar Parijs, als daar dé vredesconferentie, de grote, dat was belangrijk. Dan lieten wij dat aan Jan Drummen over, Parijs dat is drie uur rijden en ge zijt er. Wij deden dat niet, wij deden dat niet. Geldgebrek, ik weet dat niet, interessegebrek ook al niet, buitenland onderschatten, ja buitenland onderschatten. Nu zou dat toch een schande zijn als je naar zo’n conferentie niet naar toegaat. Wij lieten dat door Drummen doen, en soms had die dan geen tijd. Met correspondenten is dat zo, je bent daar heel afhankelijk van, soms hebben die geen tijd, neen dan kan ik niet. Waarom stuurden wij niet zelf iemand? Die was misschien op die Noord-Vietnamezen afgegaan, wie weet had die niet geklapt, gepraat.

Het was een hele sfeer. Dat hoefde niet eens zo opgelegd te worden, dat was zo. En daar kwamen dus inderdaad wel, in het begin van de jaren ’70, de barsten in en zo, en daar wist niemand goed raad mee. Wij ook niet, de jonge journalisten ook niet, wij wisten daar niet goed raad mee, omdat op dat moment duidelijk was dat in China die Culturele Revolutie, daar was iets niet pluis mee, dat klopte niet, dat wisten wij, maar we wisten niet precies wat, we wisten niet waarom. Maar dus telkens als je dacht dus ‘ja, nu hebben we zekerheden’ dan werd dat weer doorkruist door bepaalde dingen, dat je zegt ‘he, dat is daar toch niet in orde’. En de andere kant dus, de heer Vandenbussche – ik zeg nu de andere kant, soms waren wij het ook eens met hem, het is niet altijd ruzie geweest – en de andere kant die had hetzelfde gevoel he, die had dus zijn Westers wereldbeeld, en nu waren daar die mannetjes in hun zwarte pyjama’s die waren daar aan het winnen in Vietnam, dat kan toch niet, dat Amerikaans leger, dat Amerikaans leger dat toch oppermachtig is. En die venten in tunnels, zo ‘s nachts, die waren aan het winnen. Dus die konden dat wereldbeeld niet vatten. En wij dachten op die moment dat Mao en zo, tot wanneer bleek dat dat niet klopte. Ja, dat was boeiend.

 

· U zei net dat er mensen mochten bellen na de zaterdageditie. Is er ooit reactie gekomen op die Vietnam-reportages? (48’11’’ – 50’13’’)

Dat weet ik niet meer, dat weet ik echt niet meer. Ik weet dat het voor ons groot nieuws was dat de mensen mochten bellen ’s zaterdags, ja dat was zo, dat was enorm nieuws. Dat was technisch ook niet gemakkelijk, ettelijke gesprekken zijn de mist in gegaan, omdat wij daar geen ervaring mee hadden, maar de mensen mochten bellen, maar als je me nu vraagt over Vietnam, dan weet ik het niet meer. Ik ben alleen zeker dat de twee meningen daar aan bod zijn gekomen, daar ben ik heel zeker van omdat als je mensen laat bellen, dat zijn de overtuigden. De meerderheid die belt niet natuurlijk, die luisteren. Maar de overtuigden die bellen, de overtuigd Amerikaans-gezinden, die de Domino-theorie verdedigden: als Zuid-Vietnam valt, dan valt Laos, dan valt Cambodja… en dan de anderen natuurlijk die het zelfbeschikkingsrecht van de mensen en wat weet ik allemaal, Amerika moet weg uit Vietnam, dat is een bezettingsmacht en die heeft daar niets te zoeken enzovoort. Ja maar de Westerse cultuur, neen… Ik ben zeker dat dit, maar concreet weet ik het niet meer, ik ben zeker dat, zo zat dat in elkaar. Die mensen belden, wij kregen toen onevenredig veel communisten aan de lijn, dat deden zij, dat is altijd zo. Als je communautair de mensen laat bellen, dan krijg je dus ook militanten, dat is zo. Dat is niet erg, dat is niet erg dat die mensen een zeer uitgesproken mening hebben. Ook de atlantisten, die waren daarvan overtuigd, dan valt Laos, dan valt Cambodja, en in het ergste geval valt ook Thailand en dan is geheel Zuid-Oostazië communist.

 

· Op welke manier werd daar mee omgegaan, of was het de bedoeling om die meningen aan bod te laten komen? (50’14’’ – 56’49’’)

Nee, wij lieten de mensen, we waren zo fier als een gieter dat we de mensen aan het woord lieten, dat gebeurde vroeger niet hoor. Nu is het soms een plaag geworden in sommige uitzendingen. Maar wij waren zo fier als een gieter dat we technisch, dat we erin slaagden om de mensen aan het woord te laten, en neen, wij, neen, wij kozen geen positie, wij lieten de mensen aan het woord, waren heel trots dat wij diverse meningen na elkaar konden laten horen, en besloten dan met zo een nietszeggende zin, zo van ‘kijk, nu hebt u de diverse meningen gehoord, nu moet u zelf maar uw idee vormen’. Zo laf waren we wel, zo laf waren we wel. Nu, dat kun je ook niet, omdat ook op onze redactie waren er diverse meningen, en dat is het mooie ervan, van een redactie, ja. De ene was zo gezind, en de andere was anders gezind, ja, er was geen consensus hoor, er was geen consensus hoor. Dekeyser was dus Westers gezind, dat wist alleman. Dat werd aanvaard, op voorwaarde dat iemand geregeld ook iets anders mocht zeggen. Maar dan komen we tot ons eerste punt, die had veel moeilijker bronnen. Wie dus niet Amerikaans gezind was, die moest zich behelpen, met veel primitievere middelen. Vanuit Amerika werd je dus voortdurend gebrieft, en geholpen en gesteund met mededelingen en wat weet ik allemaal, communiqués, kranten, persconferenties… Op de redactie waren meningsverschillen, dat is ook tof. Op alle gebied he, neem nu – een heel ander gebied – het Concilie, het volgen van het Vaticaans Concilie, daar werd over gediscussieerd, communautair ook stilaan, was op komst toen he, was aan het beginnen he. Enfin ik zeg niet dat er echte franskiljons bij ons waren, maar wat nu nog bestaat, de belgicisten en de niet-belgicisten, dat was toen al. Daarom is een redactie wel boeiend natuurlijk, en je kunt nooit honderd procent je mening opleggen. Nu als een chef zei, zoals Vandenbussche, dan kun je dat wel, hoewel, tja, hij heeft hij soms ook gevoeld dat die tegenstand, dat zijn concreet en casuïstisch ingrijpen op een bepaalde uitzending, dat dat niet genomen werd. Wij waren wel bereid om met hem van gedachten te wisselen, over deze hele problematiek, en inderdaad ook ideologisch, maar dat hij onmiddellijk na een uitzending, 15 seconden na de uitzending, dat hij een woedende telefoon pleegde, van ‘en ik wil dat niet meer horen’, dat namen wij niet, neen, in groep, dat namen… dat kan niet, dat namen wij niet, maar voor het overige waren wij wel bereid om ja, de grote discussie – je weet nu ook op wat dat uitloopt – ja de grote ideologische discussie weleens te voeren. En zijn wij niet te eenzijdig en zo. Wij waren te eenzijdig, natuurlijk waren wij te eenzijdig. Wij deden ook weinig moeite om de andere kant te vinden, maar die was ook – het is altijd hetzelfde – die was ook niet zo duidelijk te vinden. Wat was dat? L’humanité in Frankrijk, een Drapeau Rouge in België… de Rode Vaan, ja dan kreunden wij, de Rode Vaan, moet je vertellen wat in de Rode Vaan? Dat was de bron van de anderen, om te vertellen wat er in de Rode Vaan, nee toch, dat kan toch niet, dat was een propagandabladje he. Daar zaten wij dus mee klem, ja daar zaten wij mee klem. Maar je moet dus, ik heb het al gezegd, je moet dus rekenen dat het 25 jaar na de Tweede Wereldoorlog was, en dat de Amerikanen dus hier nog altijd een wit voetje hadden, een handje voor ja. Ook bij de socialisten, socialisten die ja toch grosso modo in het verzet hadden gestaan, daar nog aan terugdenken, die grosso modo in het verzet hadden gestaan, en de Amerikanen hadden hun bevrijd, dus, ja, je hoorde van de socialisten, neen, ging die kritiek op de Amerikanen niet komen. In ’t groot, er waren wel uitzonderingen. Neen, neen, als partij niet.

Bij de jongere generatie speelt dat niet zo. De Amerikanen hebben geen carte blanche meer. Bij mijn generatie, zeker bij die van mijn vader, hadden die dat wel. En bij die van Vandenbussche en zo – Vandenbussche is van de generatie van mijn vader – dat is echt blindelings carte blanche. Die mensen hebben ons bevrijd van het nazisme, ja dat speelt een grote rol.

En Vietnam heeft aan het twijfelen gezet, heeft mijn generatie aan het twijfelen gezet. Mijn ouders niet, en Vandenbussche niet, die bleven daar bij dat we de Amerikanen bleven… tja, dat is goed, dat moest zo. En mijn generatie is gaan twijfelen. Ja, die, je kan het niet anders zeggen dan die carte blanche bij die oudere mensen, de Amerikanen, eerbied, en dan een gehoorzaamheid ook… Dat is nu helemaal gedaan, bestaat niet meer. Mijn generatie, ja je komt altijd in de jaren ’60 terecht he, toen het met Vietnam aan het kwakkelen gegaan is, ja.

 

Transcriptiefiche: interview met Jos Bouveroux op 13 oktober 2003

 

Naam: Bouveroux

Voornaam: Jos

Geboortedatum: 10/12/47

Opleiding: Licentiaat Communicatiewetenschappen (KULeuven)

Loopbaan: sinds 1970: journalist BRT/VRT

 sinds 1996: hoofdredacteur VRT-Radionieuwsdienst

 

· Bent u meteen bij de radionieuwsdienst begonnen in 1970? (0’01’’ – 01’13’’)

Neen, ik heb eerst een jaar televisie gedaan. Dus ik heb eerst in 1970 televisienieuws gemaakt, gelezen, gepresenteerd, en dan vanaf ’71 bij de radio en dan continue bij de radio.

De mensen bij Actueel waren toen vooral de ietwat oudere collega’s, meer ervaren collega’s, en wij als jongere werden slechts sporadisch ingezet om een interviewtje te maken, of om een bepaalde bijdrage te maken. Maar eigenlijk werd Actueel toen gemaakt door de ietwat ervarener collega’s, jongere mensen kwamen minder aan bod en hielden zich specifieker bezig met het nieuws, het pure nieuws an sich, en Actueel was meer voorbehouden voor de oudere collega’s.

 

· Had Actueel toen ook al een lengte van zo’n 20 minuten? (01’14’’ – 02’23’’)

Je had toen enkel een avond-Actueel, dus er was maar één enkele Actueel-uitzending per dag denk ik, om zeven uur ’s avonds. En dat was iets van een twintigtal minuten, waar zowel interviews in werden uitgezonden, als reportages van onze mensen die ter plekke gingen, of bijdragen met de eigen stem, zoals we dat zegden, dus eerder analyse over stukken. Maar dat was toen een vrij kalme bedoening als ik vergelijk met nu. Dat was één uitzending per dag, je had dus heel veel tijd om daar aan te werken, om daar mee bezig te zijn. Dat jachtige, dat vlugge, dat snelle van nu dat was er toen helemaal niet, in die zin had je meer tijd en ruimte om bepaalde bijdragen te maken.

 

· Op welke manier kwam zo’n bijdrage dan tot stand? (02’24’’ – 03’24’’)

Wel je had een aantal specialisten, een aantal mensen die zich specialiseerden in iets, bijvoorbeeld binnenlandse politiek had je een aantal vaste verslaggevers: Urbaan Debecker, Jan Ceuleers. Je had een aantal mensen voor de sociaal-economische thema’s: dat waren Dirk Tieleman en Roger Adams hoofdzakelijk. En je had een aantal mensen die het buitenland, het brede buitenland volgden, dat waren dan vooral Miel Dekeyser, Piet Van Roe, voor Afrika had je Herman Verheyden ook die dat wat volgde, China had je Hugo Morrens, ikzelf bijvoorbeeld hield mij bezig met Noord-Ierland, de hongerstakingen daar van de IRA-militanten. Zowat elke journalist had een beetje zijn afgebakend terrein.

 

· Werd dan gezamenlijk beslist wat uitgezonden werd, of gebeurde dat door de hoofdredacteur? (03’25’’ – 04’29’’)

Het was vooral de eindredacteur-Actueel die, die dat besliste. Cas Goossens was een man die dat jarenlang gedaan heeft, Walter Geertz heeft dat ook gedaan – dat is de man die trouwens Actueel gesticht heeft op de radio. Ten tijde van de Vietnam-oorlog – dat moet in de jaren ’65 – ’75 geweest zijn – was dat hoofdzakelijk Cas Goossens, denk ik, die toen Actueel samenstelde, en Guido Knapen, dat waren zowat de twee mensen die zich bezighielden met Actueel. Dat was een vrij vaste job. Die waren ook minder met het nieuws bezig, maar hielden zich specifieker bezig met Actueel, en uiteindelijk beslisten zij, waren zij degenen die beslisten wat er werd uitgezonden en hoe het werd uitgezonden.

 

· Hoe ging dat dan concreet in zijn werk? (04’30’’ – 06’12’’)

Dat was een beetje een, kijken wat er die dag gebeurd was in het nieuws, dat was heel belangrijk, en dan werd daarover gepraat op de Actueel-redactie – dus Actueel zat ook in een apart lokaal. Dan werd er gediscussieerd van wat zouden we kunnen doen, en wie zou wat kunnen doen. De meeste bijdragen kwamen wel in overleg tot stand, in, in… en uiteindelijk was het de eindredacteur die dan de knoop doorhakte en zei van ok, tegen mij, een jongere collega bijvoorbeeld, zei ‘gaat naar die man om die te interviewen’. Uiteindelijk was de eindredacteur dan degene die besliste, die ook dan als je terugkwam met een interview daar naar luisterde, dan mee de montage deed, keek hoelang het mocht worden, enzovoort enzovoort.

De eindredacteur had toen een vrij grote greep op het programma. Dat is nu anders in die zin dat er nu, dat dat nu omwille van de snelheid en omwille van de veel grotere productiviteit – heb je een middag-Actueel heb je er bijgekregen ook – heeft de eindredacteur vaak niet meer de tijd en de ruimte om alles zo te controleren zoals dat vroeger het geval was. Vroeger had je daar veel meer greep op. Als nu een bijdrage binnenkomt om één minuut voor één ’s middags ja dan moet je, heb je geen tijd om daar veel aan te veranderen, om daar veel aan te wijzigen, dus in die zin is het veel veranderd ja, is de greep van de eindredacteur iets minder groot geworden dan vroeger.

 

· Wat waren de verschillende bronnen om een reportage te maken? (06’13’’ – 09’00’’)

Dat waren hoofdzakelijk de persagentschappen en de kranten, en de weekbladen. Dat waren zowat de enige bronnen die we hadden, dus de persagentschappen, de nieuwsagentschappen, de kranten, buitenlandse kranten ook heel belangrijk toen. We hadden wat correspondenten hier en daar zitten, maar zeker niet zo uitgebreid als nu. Je had een man in Amerika, je had eentje in Frankrijk, Jan Drummen, je had er eentje in Duitsland en eentje in Nederland, Kees Middelhof. En dan waren we ver uitgepraat. Er waren zo maar vijf, zes man die correspondent waren, waarvan de overgrote meerderheid dus Nederlanders waren natuurlijk he, met Roger Simoens als enige Vlaming die in Londen zat. Maar dat was een vrij beperkt groepje, een klein groepje, maar een heel klein deel van de wereld dat bestreken werd.

Voor het overige analyses maken van de binnenkomende telexen, en als je op reportage ging natuurlijk met mensen gaan praten, met politici gaan praten, interviews gaan maken. Wat dan ook heel vaak gebeurde was interviews maken met deskundigen, met mensen die er iets van afwisten, omdat wij er van uitgingen dat zij dat beter wisten dan wij, en dan vaak interviewden wij mensen die een autoriteit waren op een vlak. Toentertijd was er bijvoorbeeld heel veel nieuws in die jaren rond monetaire toestanden, financiële toestanden, geldtoestanden, waar wij weinig of niks van kenden, en dan is professor Pol Levi – was een Antwerps professor – ja die is wereldberoemd in Vlaanderen geworden omdat radio en televisie die voortdurend interviewden omdat hij één van de weinige mensen was die er iets van kenden. En dat was ook zo op andere thema’s, dat we heel vaak beroep deden op specialisten, op mensen die hun vak kenden.

 

· En weet u of dat ook voor Vietnam het geval was, wie daar voor aangesproken werd? (09’01’’ – 10’47’’)

Voor Vietnam werd hoofdzakelijk een beroep gedaan op onze correspondent in Amerika, die de zaak op de voet volgde vanuit Amerika, die dus niet in Vietnam zat – zo duidelijk is het – waardoor na verloop van tijd toch wel de behoefte groeide om ook zelf eens in Vietnam te gaan kijken. Uiteraard hebben wij rond Vietnam ook heel veel mensen aan het woord gelaten die denk ik een bepaalde stelling innamen in verband met die oorlog, voor- en tegenstanders van die oorlog. En uiteindelijk zijn wij, twee keer geloof ik, Miel Dekeyser één keer, of minstens één keer, Miel Dekeyser, één keer ja, en Piet Van Roe, die ook eens in Vietnam geweest zijn om dan daar een reportage te maken om terug te komen met eigen ingezameld materiaal. Miel Dekeyser is ook toen geregeld in Amerika geweest om grote massamanifestaties pro en contra de oorlog bij te wonen, maar naar het land zelf zijn wij maar twee keer geweest denk ik, in heel de periode, wat nu ondenkbaar zou zijn. Nu zouden wij veel vaker ter plekke geweest zijn, maar toen waren wij dus echt afhankelijk grotendeels van hetgeen wij kregen van agentschappen en van andere bronnen.

 

· Hoe controleer je dan de betrouwbaarheid en de exactheid van die bronnen? (10’48’’ – 11’37’’)

Je vermelde heel vaak de bron erbij he, dus dat we zeiden ‘volgens het Amerikaanse opperbevel’, ‘volgens de Vietnamese overheid’ of ‘de communistische overheid in Noord-Vietnam’, dat konden we niet controleren, je was daar gewoon afhankelijk van hetgeen je binnenkreeg. En wij gaven altijd een versie van de feiten, waarbij wij er toch naar streefden om steeds te melden van welke kant het kwam. Dat was toen de enige oplossing die we hadden. We konden geen onafhankelijke bron opvoeren omdat die er toen niet waren, bij ons toch niet.

 

· En werd er dan louter gezegd ‘volgens die of die’ of werd er dan ook commentaar bij gegeven? (11’38’’ – 16’30’’)

Ja, de duiding was toen nog relatief nieuw, het was een nieuwe verworvenheid van de openbare omroep, duiding geven, dat was niet zo vanzelfsprekend. Wij waren toen ook nog sterk politiek bevoogd, met een Raad van Bestuur, een directie die zeer politiek was samengesteld, en duiding… Wij maakten een heel groot onderscheid tussen duiding en commentaar: wij gaven duiding bij de feiten, wij probeerden dat wat te situeren in een groter geheel, door bronnen te vermelden en door duidelijk dat te plaatsen, maar commentaar geven, dat deden wij bewust niet. Omdat dat niet zou aanvaard geworden zijn denk ik, dat was toen niet, dat zou men niet aanvaard hebben van een openbare omroep. De openbare omroep mocht al duiding geven, wat op zich al een hele stap vooruit was, maar commentaar geven, een persoonlijke mening met andere woorden geven, dat werd niet getolereerd. Door de Raad van Beheer, de politiek, de directie ook, er was ook geen cultuur, dat was ook toen zo niet. De BRT was toen nog echt een, noem het maar een staatsomroep, een staatsinstelling, waarbij ja de politiek en de partijpolitieke invloeden heel fel doorwogen. Wij waren, ik was bijvoorbeeld, bij de eerste generaties die politiek dakloos waren. Vroeger kwam je bij de VRT, of bij de BRT maar binnen als je behoorde tot een bepaalde kleur, of dan werd je verplicht om een kleur te kiezen. Mijn generatie, de generatie ‘68-’70, is de eerste generatie geweest die, die er openlijk voor uitkwam dat wij partijpolitiek dakloos waren. En wij weigerden ons aan te sluiten bij een of andere partij, of… En dat was allemaal vrij nieuw, als je dat nu vergelijkt is de evolutie enorm snel geweest, maar toen, wij kwamen toen terug uit een heel star, heel gesloten systeem, en dat is dan wel wat beginnen los te wringen, los te komen in het begin van de jaren ’70.

Onder invloed van de algemene tijdsgeest, dat was ’68, de ontzuiling van de samenleving. Nu we daar nu op terugkijken is het daar allemaal begonnen: ’68, maar tegelijk Vaticanum II bij de katholieken… Je had een hele tijdsgeest waarin de maatschappij ontzuilde, waar de partijpolitieke aangehorigheid veranderde. Het was perfect mogelijk in die tijd, enfin perfect mogelijk, het begon toen in die tijd bijvoorbeeld, als je aan de universiteit van Leuven had gestudeerd, was je daarom niet automatisch een katholiek. Vroeger was dat wel het geval. Je kwam van Leuven, dus je was een CVP-er, punt gedaan. Mijn generatie is de eerste geweest die daar, waar dat automatisme doorbroken werd. En daarom dat een aantal conflicten ontstaan met directie en met bazen die daar niet van wilden weten. Maar de maatschappelijke trend is toen begonnen, als je het… En dat kleurde zich ook af op de Vietnamese berichtgeving, waar dan plots bleek dat de jongere generatie om het zo maar te zeggen, dus mijn generatie bijvoorbeeld, niet meer zo vanzelfsprekend pro-Amerikaans was. De oudere generatie die de oorlog had meegemaakt, die de Amerikanen als bevrijders zagen, die keken op een totaal andere manier aan tegen de Amerikanen dan wij. Wij zijn van de generatie na de oorlog, en zeker bij de jongere generatie waartoe ik behoorde, wij vonden toch dat de Amerikanen daar met hun vuile voeten aan het doorgaan waren in Vietnam, en wij hadden meer kritiek op de Amerikanen dan de generatie voor ons, en dat gaf geregeld aanleiding tot spanning en conflicten ja.

 

· Wat was dan het resultaat van die spanningen? Bleef de jongere generatie opboksen of kwamen er breuken in dat front? (16’31’’ – 19’33’’)

Er begonnen breuken te komen in dat front. Je had bij de oudere generatie een aantal heel autoritaire mensen die probeerden met hun autoritair gezag dingen af te blokken, dingen te verbieden, censuur te plegen, ‘dit mag niet worden uitgezonden’. En je had anderen die bereid waren om, ja barsten te laten ontstaan in dat front, die opener stonden, die ruimer van inzicht waren. Je had een aantal mensen die ons verdacht van communist te zijn – wat wij niet waren – maar je, ja voor een stuk de restanten van de Koude Oorlog speelden nog altijd mee he. Ofwel was je pro-Westers, ofwel was je communist, punt gedaan. En een aantal mensen leefde nog in die duale samenleving, terwijl wij hadden in ’68 zowel Vietnam gezien, als de inval van de Russen in Tsjechoslovakije, dus het alternatief van Moskou, van Rusland was ook niet bepaald enthousiasmerend, integendeel. Maar dat snapten zij niet. Zij redeneerden nog volgens een Koude-Oorlogsretoriek. Dat gaf geregeld aanleiding tot botsing, tot spanning, tot ruzies, tot conflicten… Ik herinner mij bijvoorbeeld dat wij over Vietnam bijvoorbeeld vonden, met een aantal jongere mensen, dat wij toch een beetje te weinig deden aan vredesbewegingen over alle, in heel de wereld. En ik heb toen een middag-Actueel gemaakt, een weekend-Actueel wat op zaterdag werd uitgezonden tussen twaalf en één of tussen één en twee – sla me nu dood – dat heeft ook een tijdlang bestaan, hebben wij een vol uur over Vietnam uitgezonden, met Nederlandse polemologen die heel kritisch stonden over de oorlog, met ook heel wat protestsongs in dat programma. Maar dan waren wij verplicht van de bazen om ook Piet Van Roe aan het woord te laten die, ja een beetje het Amerikaanse standpunt kwam verdedigen. Dat was toen, dat soort compromissen sloot je dan. Dat was toen een beetje de tijdsgeest. Je kon er wel wat aan wringen, aan morrelen aan het systeem, maar het helemaal veranderen dat ging toen nog niet.

 

· U zegt net over Piet Van Roe die meer het Amerikaans standpunt verdedigde, was er dan een duidelijke scheidingslijn binnen de redactie? (19’34’’ – 24’29’’)

Ja, dat, maar de meeste mensen waren natuurlijk journalist ook, dus op… Bij Actueel viel dat nog mee: je had een aantal mensen die duidelijk nog wat van de oudere generatie waren, maar omdat zij tegelijk journalist waren, zagen zij ook wel in dat er een aantal veranderingen bezig waren. We hadden vooral meer last met de niet-journalisten, dus de directie, Paul Vandenbussche, directeur-generaal toen, Karel Hemmerechts, zijn adjunct of secretaris – hoe je het noemen wil – daar had je meer conflicten mee, en met een aantal collega’s daar had je meningsverschillen mee. Geen conflicten maar meningsverschillen, en die konden we onder mekaar uitpraatten. En dat was werkbaar, dat was leefbaar. Maar je wist van de ene collega dat hij meer pro-Amerikaans was dan iemand anders, en dat wist je. En dat de bazen Piet Van Roe en Miel Dekeyser naar Vietnam lieten gaan, is een teken dat zij in de ogen van de bazen betrouwbaarder waren dan iemand van de jongere generatie, die zouden ze nooit naar Vietnam hebben laten gaan, zo simpel is dat. Wij, ik denk dat onze generatie in de ogen van de hiërarchie onbetrouwbaar was.

Je werd aanvaard omdat, ik zeg u, men wist in het begin niet goed welk vlees men in de kuip had met die jonge mensen die aankwamen, maar de hele tijdsgeest was aan het veranderen he, het was op alle niveaus een verandering, verschuivingen, openheid… En dat was ook zo met Actueel, en dat is vrij sereen verlopen die overgang, met de nodige conflicten en incidenten, maar er was altijd een openheid, vooral bij journalisten onder mekaar. Ik herinner mij een concreet voorbeeld, het ging over de spekpater, dus – hoe heet hij nu weer met zijn echte naam – Werenfried van Straeten. Ik had een bijdrage gemaakt over Werenfried van Straeten, de spekpater, een fervent anti-communist… en ik had daarvan gewoon gezegd in mijn bijdrage: ‘de rabiate anti-communist Werenfried van Straeten’. En dan kwam de eindredacteur, Cas Goossens naar mij toe en zei van ‘Jos, zou je dat woord ‘rabiaat’ niet laten vallen, dat is een kleurwoord, dat is een geladen woord, dat is geen neutraal woord’. Ik zeg ‘Cas, maar het is toch een fervente anti-communist?’ ‘Ja dat weet ik, maar ik, allez ik zou dat toch niet zeggen als ik u was’. En dan legde ik mij daar bij neer, en dan, het waren dat soort discussies waar het over ging. Dus er was discussie, maar er was ook een ja, een openheid, een bereidheid om te luisteren naar mekaars standpunten.

En die openheid was er veel minder in de relatie met het bestuur. Wij hadden daar alleen maar contact mee als er conflicten waren natuurlijk. Wij zagen Paul Vandenbussche nooit, wij zagen Karel Hemmerechts heel weinig, maar die kwamen wel af als het, als puntje bij paaltje kwam, als er conflicten waren, dan… Ik geef een voorbeeld: de sjah van Perzië vierde het 2000-jarig bestaan van de Perzische monarchie, denk ik, de pauwentroon, de Iraanse pauwentroon. En collega Dirk Tieleman ging daar naar toe, en hij kreeg bevel van Vandenbussche om, ja, om ook ten gunste van de sjah te schrijven, of te spreken. De sjah was een betrouwbare anti-communistische bondgenoot van het Westen. Zo probeerde men in te grijpen in een aantal dingen, vooral vanuit directieniveau, hiërarchisch niveau. Journalisten onderling hadden dat minder die conflicten, hadden die, hadden dat beduidend minder.

 

· Was daar ook reactie tegen of werd dat gewoon aanvaard, om onder die omstandigheden te werken, onder die lichte censuur? (24’30’’ – 26’09’’)

Ja, omdat ja, wij, ik zeg u, wij kwamen dus terug van een heel star systeem he, waarbij letterlijk op seconden gemeten werd hoeveel elke partij aan het woord kwam. En, en ja ik ben ook opgegroeid in die mentaliteit van iedereen evenveel aan bod te laten komen, woord wederwoord te geven, en proberen niemand voor te trekken, en dat werd toen vaak vertaald in een mathematisch ding he. Amerika had tien seconden, anti-Amerika vijf seconden, dat werd toen vaak mathematisch vertaald, letterlijk, maar dat was toen het systeem. Het systeem bestond toen dat objectiviteit betekende: alle mogelijke klokken laten luiden, en zelf geen stelling innemen, en die klokken zo, elk zolang laten luiden dat de ene klok niet langer luidde dan de andere. En dat was toen zo een beetje het systeem, en wij als jongere generatie probeerden daar wat aan te veranderen, maar ik zeg u, ook niet in een conflictmodel, maar proberen daar wat binnenin het systeem wat aan te veranderen.

 

· En kwam er vanuit politieke hoek reactie op bepaalde uitzendingen? (26’10’’ – 27’40’’)

Er zullen er ongetwijfeld geweest zijn, maar die kwamen niet tot bij ons journalisten, maar die kwamen tot bij de hoofdredacteur of bij de directeur-generaal, die kregen dan de, met kritieken te maken, die kwamen niet tot bij ons op de werkvloer, om het zo te zeggen. Maar daar zal alleszins wel veel kritiek geweest zijn ja, zonder enige twijfel.

Als Paul Vandenbussche binnenkwam, of van zijn oren maakte over het een of het ander, dan wisten wij dat er waarschijnlijk wel iemand was komen klagen, dat… Het was niet zo dat politici naar de telefoon grepen en rechtstreeks met ons belden, dat deden ze altijd via hun vertrouwelingen in de BRT. Ik behoorde duidelijk niet tot één van de vertrouwelingen, want ik heb nooit telefoon gekregen, en onze jongere generatie ook niet. En dat was juist hun frustratie, zij konden ons niet thuisbrengen, zij konden niet zeggen van dat is een blauwe, een rooie, een gele… Dat was hun grote frustratie, dat wij niet te grijpen waren, niet in een hoekje te duwen waren, er geen etiket kon opgeplakt worden.

 

· En had dat soms concrete gevolgen wanneer een journalist op het matje geroepen werd? (27’41’’ – 29’56’’)

Ik denk dat bijvoorbeeld dat Liesbeth Walkiers, is overgeplaatst van de televisie naar de radio, is duidelijk een politieke beslissing geweest. Zij stond bekend als iemand die ja, nogal uitgesproken linkse sympathieën had, en haar overplaatsing van televisie naar radio is duidelijk een sanctie geweest, is duidelijk een – bij mij niet, bij mij speelde dat niet mee – maar bij Liesbeth wel. In die zin had je wel problemen natuurlijk, ook omdat Liesbeth dan bijvoorbeeld weigerde om zich te laten vernederen door de socialisten. Dus zij werd beschouwd dan door de rechterzijde als een ‘linkse’, maar Liesbeth weigerde ook steun te gaan zoeken bij de linkse, omdat ze zo precies onafhankelijk wou zijn. En daardoor had je ook geen steun. Ik heb ook conflicten gehad, ik heb ooit meegestaakt met een staking – die niks met journalistiek te maken had, maar met loongeschil in de BRT toen – waar dat één vakbond staakte, de socialistische vakbond ACOD staakte, en den anderen niet. En hoewel ik niet bij die vakbond aangesloten was, heb ik wel meegestaakt uit solidariteit bijvoorbeeld, maar dat snapte men niet. Dat, ‘dus zijt ge bij de ACOD’. Antwoord ‘neen, ik ben daar niet bij’. ‘Ja maar, ge staakt toch’. ‘Ja, maar uit solidariteit’. Dat kon men niet thuisbrengen, dat was nieuw voor hen, dat was… Voor ons was dat normaal, was dat logisch, was dat verworven die onafhankelijkheid, maar voor veel mensen in het huis niet. En dat heeft aanleiding gegeven tot onderhuidse conflicten en spanningen.

 

· Tenslotte, kwamen er ook soms vanuit het publiek reactie op bepaalde uitzendingen? (29’57’’ – 35’40’’)

Weinig, weinig, weinig, weinig, ik denk niet dat wij veel reactie kregen toen, af en toe eens een boze lezersbrief van deze of gene, maar heel weinig. Wij waren toen, ja het enige medium, de enige radio, de enige televisie in Vlaanderen, maar men reageerde heel… Ik kan mij echt niet herinneren dat dat veel reactie heeft gehad. Verbazingwekkend weinig, ofwel kwamen die brieven niet bij ons toe, of ik weet niet waar, maar… De reactie van het publiek was heel gematigd, heel normaal. Lauw, nu die oorlog in Vietnam die leefde ook niet in de Belgische partijpolitiek. Ik bedoel, als je nu kijkt, Irak dat is een binnenlands thema geworden, dat was het toen Vietnam niet, Vietnam was hoogstens een binnenlands thema in de zin van jongere mensen tegen oudere mensen, waarbij de oudere mensen, die de, nogmaals, die de oorlog hadden meegemaakt, die keken anders aan tegen de Amerikanen. Maar die begonnen ook wel te twijfelen na verloop van tijd. En het was een, er was geen, geen splitsing in de geesten denk ik. Vietnam was heel belangrijk als eerste uiting, denk ik, van de jongere generatie die durfde de natuurlijke autoriteit in vraag te stellen, van onder meer Amerikanen he, die dan toch de bevrijders waren, de baas waren in West-Europa. In die zin was het wel belangrijk, was het een soort van, ja dat wij die hun autoriteit durfden aanvallen, in vraag stellen, maar daarom waren we nog geen communist. We waren daarom niet voor het andere systeem. En dat was de moeilijkheid altijd, we waren daar heel veel mee bezig met die oorlog, die interesseerde ons als jonge mensen ook heel fel, ook omdat wij zagen dat jonge mensen in heel de wereld daar mee bezig waren, die protestsongs in die tijd zou ik toch niet onderschatten wat voor invloed die gehad hebben, ook die Amerikaanse protestsongs, dat was… Muziek dat ook, die ons ook aanstond, ik bedoel om naar te luisteren, om mee te zingen. ‘We shall overcome’ dat is niet voor niets de slogan geworden van de studenten in Leuven in ’68. Andere protestsongs van die tijd, Bob Dylan ‘Universal Soldier’, het was een heel klimaat, een hele sfeer van jonge mensen, Boudewijn de Groot ‘Meneer de President’, jonge mensen die zich op alle mogelijke niveau’s wilden losmaken van de bevoogding en van de bazen tot dan toe, gaande van Amerikanen, via paus, via kardinaal Suenens – ‘Suenens of Barabas’ schreeuwden we in Leuven. Het was een beetje een breuk met alles, en daar is Vietnam zo één van de symbolen van geworden, was één van de symbolen daarvan. Maar het was ruimer dan alleen maar Vietnam, het was een hele tijdsgeest, een heel klimaat, een heel gebeuren dat toen bezig is, en als je daar nu op terugkijkt, dan zie je dat daar de breuklijn ligt he. Het magische woord ’68 wordt dan vaak gezegd, maar alles wat rond ’68 hangt he, waar Vietnam een heel belangrijke rol in speelde, maar het was meer dan alleen maar Vietnam. Het waren ook de Golden Sixties, wij gingen er ook materieel op vooruit. Wij waren een luxe-generatie in die zin dat we niet meer moesten knokken om een job te hebben, wij konden ons permitteren om ons bezig te houden met Vietnam, met andere problemen ver van ons bed. Want alles ging, ‘the sky is the limit’ he, we zagen onze ouders rijker worden, auto’s televisies koelkasten… Het was heel die sfeer van de jaren ’60, en daar stond het Amerikaans optreden in Vietnam haaks op, in die zin dat oorlog, moord, doden… die beelden op de televisie van napalmbombardementen, jonge Amerikaanse soldaten die daar als vliegen werden neergeknald. Dat stond haaks op die Golden Sixties, die sfeer ook.

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

[416] De respondent verwijst hierbij naar wat hij op de steekkaart bij ‘Loopbaan’ invulde: ‘Diplomatiek correspondent’.